Delier

Delier
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 240 min

Éléments de cette leçon

Delier

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je nog van een
delier?

Slide 3 - Carte mentale

Waar denk je aan bij het woord delier? Heb je er eerder over gehoord?

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Delier
  • Veroorzaakt door een disbalans in neurotransmitters
  • Een delier ontstaat als het de hersenen niet meer lukt om alle prikkels, die van binnen en buiten het lichaam de hersenen binnenkomen, samen te voegen tot één verhaal. Ze kunnen niet meer van alle informatie een logisch beeld van de werkelijkheid maken.

Slide 5 - Diapositive

Een delier is een toestandsbeeld dat in korte tijd ontstaat (uren tot dagen), waarbij het bewustzijn wisselend gestoord is en de patiënt vaak verward is.

Er is altijd sprake van stoornissen in aandacht, denken en concentratie met daarbij vaak hallucinaties en/of wanen. Een delier treedt altijd op in het kader van een onderliggend somatisch lijden en vertoont een wisselend beloop. Vaak zijn de symptomen 's nachts ernstiger dan overdag.

Er is sprake van een disbalans van neurotransmitters, met name een te weinig aan acetylcholine en een (relatief) teveel aan dopamine

Je kunt het zien als kortsluiting in het brein.




Neurotransmitters
Er zijn aanwijzingen dat verschillende neurotransmitters een rol spelen bij het ontstaan van een delier. Neurotransmitters zijn chemische stofjes die hersencellen (neuronen) in staat stellen om met elkaar te communiceren. Als de hoeveelheid neurotransmitters wordt verstoord kunnen neuronen niet langer op een juiste wijze communiceren. Dit kan leiden tot een delier.
De huidige hypothese is dat een delier vooral veroorzaakt en in stand gehouden wordt door een tekort aan de neurotransmitter achetylcholine.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke vormen van delier zijn er?
A
Hyperactief
B
Hypoactief
C
Gemengde vorm
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Drie vormen van delier
  • Hyperactieve vorm die gekenmerkt wordt door (soms extreme) onrust, een verhoogd bewustzijn, plukkerigheid en angst met of zonder wanen en hallucinaties.

  •  Hypoactieve vorm(stil delier) die zich vooral uit in apathisch teruggetrokken gedrag.

  • De derde is de gemengde vorm, waarbij beide verschijningsvormen elkaar afwisselen; deze vorm wordt veel gezien bij ouderen.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Vidéo

Filmpje over delier duu3 2.50min.

Observeer goed de houding van de zorgvragers, naasten en zorgverlener. Koppel na het filmpje je bevindingen terug.
Welke kenmerken ken je die horen bij een delier

Slide 11 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Kenmerken van een delier
  • Verandering in bewustzijn
  • Aandacht en concentratieproblemen
  • Onrustig gedrag/of juist apathisch
  • Desoriëntatie
  • Hallucinaties / waan ideeën 

Slide 12 - Diapositive

Voorbeelden geven: Twee oudere patiënten op een twee persoonskamer met een delier zonder polsbandje 

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verpleegkundige interventies
Beschrijf verpleegkundige interventies die je kunt inzetten bij een delier:

  • Werk samen in je regiegroep
  • Schrijf zo veel mogelijk interventies op een word-document.
  • Wijs 1 persoon aan die een terugkoppeling doet naar de rest van de klas.
timer
10:00

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verpleegkundige interventies
  • Screenen met observatielijst  (DOS score)
  • Zorg voor rust / prikkelarme omgeving
  • Bied steeds herkenningspunten uit de werkelijkheid aan, zoals een klok, een kalender en foto's
  • Angst reduceren  / Wek geen achterdocht door te fluisteren of kamers op slot te doen.
  • Medicatie geven
  • Biedt structuur 
  • Zorg voor een goed dag-nachtritme ( aanbieden van activiteiten, wisselend daglicht)


Slide 15 - Diapositive

Meest voorkomende medicatie is haldol mag niet worden gegeven aan parkinson patienten. Terughoudendheid geboden bij verlengde QT tijd. (hart)


Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

DOS
  • Delerium Observatie Screening SchaaL (DOS),
  • Systematische wijze vroegtijdige signalering symptomen delier, 
  • Observeren en registreren.

Slide 17 - Diapositive

In Nederland ontwikkeld.  3x per 24 uur screenen.


Medische interventies
  • Screening van de medicatie met delirium bevorderende eigenschappen.
  • Preventie en behandeling infecties.
  • Adequate pijn behandeling
  • Preventie en behandeling dehydratie
  • Handhaven &verbeteren voedingstoestand
  • Afwegen van het gebruik van invasieve interventies, zoals katheters, tegen het risico van delier
  • Mantelzorgers inlichten
  • Haldol.

Slide 18 - Diapositive

Alle extra snoertjes (infuus, CAD, drains) wil je het liefst verminderen.

Kijk naar de medicatie die wordt gegeven: zoals opioïden. 

Bevraag de patiënt en naasten (prodromen/levendige dromen, vreemde blik in de ogen etc)

Van belang om voortijdig een delier te herkennen of het voor te zijn als iemand eerder een delier heeft doorgemaakt. 

Als iemand eerder een delier heeft meegemaakt wees dan alert. Dit is een voorbode--> uitvragen bij de anamnese/opname.