(L5) Cultuur en identiteit

 Les 5 Cultuur en identiteit 
Leerdoelen:

* Wat is een cultuur en wat hebben tradities daarmee te maken?
* Wat is religie en in hoeverre speelt religie een rol in de Nederlandse staat?
* Wat is je identiteit en hoe wordt die gevormd?
1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
Burgerschap BBLMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

 Les 5 Cultuur en identiteit 
Leerdoelen:

* Wat is een cultuur en wat hebben tradities daarmee te maken?
* Wat is religie en in hoeverre speelt religie een rol in de Nederlandse staat?
* Wat is je identiteit en hoe wordt die gevormd?

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we doen vandaag:

1). Wat wordt er bedoeld met  het begrip 'cultuur'?

2). Wat zijn voorbeelden van de 'Nederlandse cultuur'?

3). De rol van religie in een cultuur.

4). Onze identiteit  &  de Nederlandse identiteit.

5). Opdrachten maken.

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Cultuur 
Wat wordt er bedoeld met de Nederlandse cultuur?

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat wordt er bedoeld met het begrip cultuur?

Cultuur: geheel van gewoonten, normen en waarden die een bepaalde groep mensen deelt.
Gewoonte:              Waarden:                  Normen:
  • Vaste manier van doen

  • Gebruik
  • Wat belangrijk wordt gevonden 
 
  • Ideaal of principe
  • Wat normaal wordt gevonden
 
  • ongeschreven regel

  • Staat in dienst van de waarde

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeelden
Gewoonte:             Waarden:                  Normen:
Tradities
Respect                                - Elkaar laten uitpraten
                                               - Oudere mensen ( 'u' )
                                               - Je pest niet
Vriendschap                        - Feliciteren jarige
                                                   - Er voor elkaar zijn (als                                                           dat nodig is)
Vrijheid van menings-      - Je mag je mening over 
uiting                                         iemand vertellen, ook 
                                                     als het gaat over                                                                     iemand met gezag                                                                 en/of aanzien 
                                       
Wat gaan we doen vandaag:

1). Wat wordt er bedoeld met  het begrip 'cultuur'?

2). Wat zijn voorbeelden van de 'Nederlandse cultuur'?

3). De rol van religie in een cultuur.

4). Onze identiteit  &  de Nederlandse identiteit.

5). Opdrachten maken.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een bushokje intrappen
A
Vind ik wel kunnen
B
Vind ik NIET kunnen

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Muziek keihard aan in de tuin
A
Vind ik wel kunnen
B
Vind ik NIET kunnen

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je hond op de stoep laten poepen
A
Vind ik wel kunnen
B
Vind ik NIET kunnen

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hard rijden in een woonwijk
A
Vind ik wel kunnen
B
Vind ik NIET kunnen

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In een volle treincoupé luid een telefoongesprek voeren
A
Vind ik wel kunnen
B
Vind ik NIET kunnen

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Niet op je beurt wachten in een winkel
A
Vind ik wel kunnen
B
Vind ik NIET kunnen

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Normen en waarden
  • Norm: Een norm is een soort (on)geschreven gedragsregel. Je zou je volgens die norm moeten gedragen.

  • Waarde: Achter een norm gaat altijd een waarde schuil. Waarden zijn zaken die jij waardevol vindt. Een norm komt daaruit voort, het is een regel hoe je je dient te gedragen.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Normen & Waarden

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Normen en Waarden

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke waarden vind jij belangrijk?

Slide 15 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Subculturen
Etnische subculturen: Uit welk land kom jij of je ouders?

Religieuze subculturen: Waar geloof je in? Islam, christendom, boeddhisme, atheïsme. 

Jongeren (sub)culturen: Interesses - Gabbers, punkers, gamers.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke rol speelt religie in onze cultuur?

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Secularisme
De wetgeving staat los van de religie. 

In een seculier land zijn kerk en staat gescheiden. 

De overheid bepaalt wat er in de wet komt, zonder inmenging van religieuze leiders.

Religieuze organisaties dienen zich aan de wet te houden, net als iedereen.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke gebruiken in Nederland kennen we met een religieuze achtergrond?

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Identiteit: Bestaat uit alle eigenschappen die je hebt (bijvoorbeeld: uiterlijke kenmerken, karaktertrekken, hobby's en interesses). Je afkomst speelt hier een belangrijke rol in. 
Wat wordt er bedoeld met identiteit?
  • Maar wat is de Nederlandse identiteit?

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Het is asociaal om je invalidekaart te gebruiken voor een invalidenparkeerplek, als je gewoon kunt lopen.
A

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat werd er in het filmpje gezegd over de Nederlandse identiteit?

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

WIE BEN IK? --> IDENTITEIT

  • Identiteit = iets dat uniek is aan iemand
  • Het is niet makkelijk om je identiteit te omschrijven
  • Erfelijke identiteit en sociaal/cultuur identiteit

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hard rijden in een woonwijk
A
Vind ik wel kunnen
B
Vind ik NIET kunnen

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hard rijden in een woonwijk
A
Vind ik wel kunnen
B
Vind ik NIET kunnen

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je identiteit is:
A
Je beroep.
B
Je persoonlijkheid.
C
Wat jou uniek maakt.

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een rol bepaalt:
A
Bij welke groep je hoort.
B
Je persoonlijkheid in de groep.
C
Je relatie met anderen in de groep.

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als je bij een groep hoort:
A
Heb je een rol in die groep.
B
Heeft dat niets met identiteit te maken.
C
Is dat een van jouw eigenschappen.

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Groepen

Iedere persoon hoort bij verschillende groepen:
Familie
Vader, moeder, zoon, dochter, zus, broer...
Werk
Medewerker, leidinggevende, collega, manager...
School
Student, docent, mentor, klasgenoot...
Groep: Mensen die bij elkaar horen,
              die een verbindende factor hebben.
Rol:      Binnen iedere groep heeft elke                                     deelnemer een rol.

Ieder mens hoort bij verschillende groepen, en heeft daarin verschillende rollen.

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Eigenschappen
  • Je afkomst
  • Je uiterlijk
  • Je beroep
  • Je interesse
  • Je karakter

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen

* Wat is een cultuur en wat hebben tradities daarmee te maken?
* Wat is religie en in hoeverre speelt religie een rol in de Nederlandse staat?
* Wat is je identiteit en hoe wordt die gevormd?

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Evaluatie
1. Wat vond je van de les?

2. Wat heb je geleerd?


Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag:
Wat?: Maak opdracht 1 t/m 3 van: Les 5 Cultuur en Identiteit

Hoe?: In je werkboek 

Hulp?: De docent (tijdens de les), je laptop en je medestudent

Tijd?: Tot de opdrachten af zijn of het 12.15 uur is.

Uitkomst?: Je hebt geoefend met de leerstof.

Klaar?: Ga bezig met je Eindopdrachten. 
- (Je maakt in totaal 4 opdrachten uit vier verschillende dimensie (PJ, E, SM en V))


Slide 34 - Diapositive

45 min
Volgende week bespreken we de opdrachten van les 5 na.

Huiswerk nabespreken

Slide 35 - Diapositive

45 min