NE 24/25-b2 les 18 oorzaak-gevolg verband en les 13 woorden uit En Fr en Du -week 4

1 / 48
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 48 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 140 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welkom in periode 1
Deze periode gaan we werken aan:

- leesvaardigheid 
- schrijfvaardigheid
- spreekvaardigheid
- kijk- en luistervaardigheid
- fictie

NODIG bij het vak Nederlands-->  Kern lesboek, laptop, leesboek, schrift en pen


Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

JdW-kijkwijzer
Lesopbouw:
  1. VOORAF: Startklaar, Voorkennis activeren
  2. INSTRUCTIE: Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden
  3. TOEPASSING: Actieve verwerking, Formatief handelen 
  4. EVALUATIE: Afsluiting

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Plattegrond HB2B

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Startklaar
Telefoon in je Zakkie, Zakkie in je tas!​
Jas uit + spullen op tafel: Chromebook, lesboek, JdW-map en etui.​
NUMO Nederlands maken.​
Huiswerk bespreken/les starten.


Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze week - les 18 en les 13
Deze LessonUp hoort bij: 

Les 18: begrijpend lezen --> oorzaak-gevolg verbanden
Les 13: spelling en grammatica --> woorden uit andere talen


Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Checklist:
Het activeren van relevante voorkennis als een  kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof .
Wat weet je nog over een uitnodiging schrijven?

Slide 8 - Carte mentale

2. Voorkennis activeren
De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen.

Begrijpend lezen
Les 18 Hoe herken je oorzaak-gevolg verbanden?

Lesdoel:
Je leert hoe je teksten beter begrijpt door op oorzaak-gevolg verbanden te letten. 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je van oorzaak-gevolg verband?

Slide 10 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Instructie 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Begrippen uit deze les
oorzaak-gevolg verbanden
signaalwoorden
zodat, hierdoor, daardoor, waardoor, met als gevolg, de oorzaak hiervan is

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Woorden uit deze les
geschikt: goed bruikbaar (voor iets)
verbinding: manier waarop dingen met elkaar te maken hebben
vertonen: laten zien
ruim: iets met veel ruimte, groot
op zoek gaan: beginnen met zoeken
hoewel: je gebruikt dit woord bij een tegenstelling van twee beweringen

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat te doen
- Doe je boek open: blz. 74
- Lees Belangrijk
- Samen maken (mondeling) : opdracht 1 t/m 3, blz. 74
- Zelfstandig werken: les 2 opdracht 5 - 7 - 8, blz. 75 + 76


Slide 20 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Nakijken
De antwoorden staan op het bord.
Pak een andere kleur pen.
Verbeter je fouten.
Stel vragen als je die hebt.

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je bent laat gaan slapen daardoor heb je hoofdpijn?
Wat is waar?
A
De oorzaak van je hoofdpijn is slaaptekort?
B
het gevolg van je hoofdpijn is slaaptekort?
C
Het gevolg van laat slapen is hoofdpijn?
D
het gevolg van hoofdpijn is laat slapen?

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

      Leerdoelen

Slide 27 - Diapositive

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

Slide 28 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Spelling en grammatica
Les 13 Hoe schrijf je woorden uit het Engels, Frans en Duits?

Lesdoel:
Je leert hoe je leenwoorden uit een vreemde taal schrijft. 

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Instructie 

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Begrippen uit deze les
woorden uit het Engels, het Frans en het Duits

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Woorden uit deze les
geschikt: goed bruikbaar (voor iets)
verbinding: manier waarop dingen met elkaar te maken hebben
vertonen: laten zien
ruim: iets met veel ruimte, groot
op zoek gaan: beginnen met zoeken
hoewel: je gebruikt dit woord bij een tegenstelling van twee beweringen

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat te doen
- Doe je boek open: blz. 54
- Lees Belangrijk
- Samen maken (mondeling) : opdracht 1 + 2, blz. 54
- Zelfstandig werken: opdracht 4 + 5 + 7 t/m 9, blz. 56 + 57


Slide 39 - Diapositive

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Nakijken
De antwoorden staan op het bord.
Pak een andere kleur pen.
Verbeter je fouten.
Stel vragen als je die hebt.

Slide 40 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

      Leerdoelen

Slide 41 - Diapositive

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

Fictieopdracht periode 1 (deze hangt ook in Teams)

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

FICTIE: LEKKER EVEN LEZEN
Pak nu je leesboek. Denk tijdens het 
lezen ook aan de fictieopdracht.

("Wat moet ik aan het eind van 
deze periode inleveren bij dit leesboek?")

Slide 43 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk cijfer geef je jouw inzet vandaag?
A
Een 10.... zoals altijd
B
Een voldoende, dat is prima.
C
Een onvoldoende, ik kan echt beter.
D
Ik heb eigenlijk niet meegedaan......

Slide 44 - Quiz

7. Formatief handelen
De docent geeft de leerlingen gedurende de verschillende lesfasen gerichte feedback, feedup en feedforward op de op de inhoud van het werk, de leerstrategie, het gedrag en op zelfsturing. De docent bevraagt leerlingen willekeurig met open vragen. Hierbij stimuleert de docent het kwaliteitsbesef onder leerlingen door bijvoorbeeld leerlingen werk met elkaar te laten vergelijken of uitgewerkte voorbeelden in te zetten.

    Begrippen uit deze les: schrijf deze in je map
hoofdgedachte
onderwerp
persoonsvorm

aantonen: laten zien
verwarren (met): denken dat iemand een ander is
behoefte hebben aan: iets wat je nodig hebt
overblijven: blijven als de rest weg is
internationaal: als er verschillende landen bij betrokken zijn





Slide 45 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Exit ticket: wat vind je nog moeilijk aan een uitnodiging schrijven?

Slide 46 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Kan ik dit al?

Slide 47 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afsluiting
Bedankt en tot de volgende les!
Checklist:
  • Zijn de leerdoelen behaald?
  • Les in context plaatsen van de periode 
  • Het leren en het gedrag samen evalueren
  • Vooruitblikken adhv JdW-planner  

Slide 48 - Diapositive

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.