Past Simple Herhaling

Herhaling Past Simple
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Herhaling Past Simple

Slide 1 - Diapositive

Wanneer gebruik je het?
Om aan te geven dat iets op een bepaald moment in het verleden is gebeurd en nu helemaal is afgelopen. 
last week
a few years ago
in 1990
yesterday
etc...

Slide 2 - Diapositive

Hoe maak je het?
Positieve zinnen:
onderwerp + hele werkwoord+ed  of  2e vorm + rest vd zin
I worked yesterday / I bought a football last week.
Negatieve zinnen:
onderwerp + did not + hele werkwoord + rest vd zin
I did not do my homework last night.
Vragen:
Did + onderwerp + hele werkwoord + rest vd zin
Did he live here in 2006?

Slide 3 - Diapositive

I (to buy) a dog yesterday.
A
I have bought a dog yesterday.
B
I bought a dog yesterday.
C
I buyed a dog yesterday.

Slide 4 - Quiz

(you / to work) last night?
A
Worked you last night?
B
Have you worked last night?
C
Did you work last night?

Slide 5 - Quiz

(you / to do) your homework yesterday?
A
Did you your homework yesterday?
B
Do you your homework yesterday?
C
Did you do your homework yesterday?
D
Do you did your homework yesterday?

Slide 6 - Quiz

We (not / to live) here in 2001.
A
We not lived here in 2001.
B
We did not live here in 2001.
C
We have not lived here in 2001.
D
We do not live here in 2001.

Slide 7 - Quiz

Opdracht 1
Vertaal de zinnen naar het Engels. Zorg dat je de Past Simple toepast.
Let op hoofdletters en leestekens.
Gebruik geen afkortingen bij ontkenningen.

Rood = standaard (iedereen zou deze moeten kunnen)
Groen = extra uitdaging.

Slide 8 - Diapositive

Mijn vader speelde gisteren gitaar.

Slide 9 - Question ouverte

Heeft jouw zus vorige week gezwommen?

Slide 10 - Question ouverte

Kocht onze leraar op maandag een biertje?

Slide 11 - Question ouverte

Ik werkte vorig jaar niet bij Jumbo.

Slide 12 - Question ouverte

Ik opende gisteren geen boek omdat mijn vader ziek was.

Slide 13 - Question ouverte

Wij wonnen vorig jaar de beker niet dus ik was verdrietig.

Slide 14 - Question ouverte

Hij luisterde in 1988 niet naar muziek, hij had geen Spotify.

Slide 15 - Question ouverte