5V-Maatschappijleer Domein D3 De praktijk van de verzorgingsstaat

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Subdomein D3: De praktijk van de verzorgingsstaat

Subdomein D3

Moeten ouders minder invloed krijgen op het schooladvies van hun kind om kansenongelijkheid te verminderen?

Zijn leraren zich voldoende bewust van hun rol in kansenongelijkheid, en kunnen zij hier zelf iets aan veranderen?

Aan het einde van de les kan je...

• De verschillende politieke visies op de verzorgingsstaat beschrijven.
• Begrijpen hoe ongelijkheid zich manifesteert in verschillende vormen van kapitaal.
• Uitleggen hoe onderwijs kan bijdragen aan het verminderen van sociale ongelijkheid.

Politieke visies op de verzorgingsstaat

• Liberalen zien het als een vangnet.
• Sociaaldemocraten streven naar minder ongelijkheid en ruimere voorzieningen.
• Christendemocraten benadrukken het belang van het maatschappelijke middenveld.

Verschillende vormen van kapitaal en hun impact op ongelijkheid

• Economisch kapitaal: Financiële middelen en bezittingen.
• Sociaal kapitaal: Het netwerk van familie, vrienden en kennissen.
• Cultureel kapitaal: Aanwezigheid van onderwijs, cultuur en kennis.

De rol van onderwijs in het verminderen van sociale ongelijkheid

• Vergroten van baankansen.
• Verminderen van afhankelijkheid van financiële ondersteuning.

npo.nl

Omdat reformatorische scholen eigen onderwijskundige en pedagogische keuzes maken, speelt het probleem van kansenongelijkheid minder dan op openbare scholen.

Reformatorische jongeren komen uit dezelfde kerkelijke milieus en daardoor is er minder ongelijkheid.

Wat is de visie van de liberalen op de verzorgingsstaat?

1. Uitkeringen moeten ruimhartig verstrekt worden.
2. Uitkeringen moeten niet de prikkel wegnemen om te werken.
3. Uitkeringen moeten meestijgen met het minimumloon.
4. Uitkeringen moeten alleen voor specifieke groepen beschikbaar zijn.

Welk type kapitaal heeft te maken met het netwerk van familie, vrienden en kennissen?

1. Sociaal kapitaal.
2. Onderwijskapitaal.
3. Economisch kapitaal.
4. Cultureel kapitaal.

Hoe draagt onderwijs bij aan het verminderen van sociale ongelijkheid?

1. Het versterkt sociale ongelijkheid.
2. Het vergroot afhankelijkheid van de overheid.
3. Het vergroot baankansen en maakt minder afhankelijk.
4. Het beperkt de toegang tot financiële ondersteuning.

Stelling 1: "Mensen die verslaafd zijn aan drugs moeten volledig verantwoordelijk worden gehouden voor hun verslaving, aangezien ze zelf de keuze maken om drugs te gebruiken."

Stelling 2: "Mensen met overgewicht moeten volledig verantwoordelijk worden gehouden voor hun gewicht, aangezien zij zelf de keuzes maken over hun dieet en fysieke activiteit."

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.