Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Werkwoorden met een vast voorzetsel
Slide 1 - Diapositive
De hond is bang voor het water.
Ze wachten al een uur op de tram.
Slide 2 - Diapositive
Na sommige woorden en werkwoorden gebruik je vaak een vast voorzetsel. Welk voorzetsel hoort bij welk woord? Er zijn geen regels voor. Je moet ze uit je hoofd leren.
Slide 3 - Diapositive
Heb jij ook behoefte ___________ een kopje koffie?