Mens en gezondheid Hoofdstuk 2

Mens en Gezondheid
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

Éléments de cette leçon

Mens en Gezondheid

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
  • Je kunt uitleggen waarom ons lichaam voedingsstoffen nodig heeft
  • Je kunt 3 voorbeelden geven van functies van vitamines
  • Je kunt minimaal 2 voorbeelden noemen van vitamines die     in vet oplosbaar zijn
  • Je kunt minimaal 2 voorbeelden noemen van vitamines die   in water oplosbaar zijn

Slide 2 - Diapositive

In deze les gaan we de onderdelen bij langs

Slide 3 - Diapositive

Voedingsstoffen
= bruikbare bestanddelen in voeding

Macro
= groot
veel
eiwitten, koolhydraten, vetten
Micro
= klein
weinig
vitamines en mineralen

Slide 4 - Diapositive

Macro voedingstoffen
  • Eiwitten
  • Koolhydraten
  • Vetten
  • Water en vezels

Slide 5 - Diapositive

Functie van voedingsstoffen
Functie
Waarom
Opbouw van het lichaam
Regelen van lichaams- processen
Energie geven aan het lichaam
Bewegen
Werken
Lichaamstemperatuur

Slide 6 - Diapositive

Energiebalans
Energie inname                                                          Energieverbruik
Voldoende eten                                                          Voldoende bewegen

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Vidéo

Vitamines
In vet oplosbaar
In water oplosbaar
A
D
E
K
B1                     B11
B2                    B12
B3                    C
B5
B6
B8

Slide 10 - Diapositive

Vitamine
A = Huid, ogen, groei en immuunsysteem
B = Energie, stofwisseling, verbranding
C = Immuunsysteem, botten, tanden, huid, bloedvaten, zenuwstelsel, energie
D = Botten, tanden, immuunsysteem, spieren
E = Cellen, bloedvaten, organen, ogen
K = Bloedstolling, botstofwisseling

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Maken
Hoofdstuk 2 blz. 123
Opdracht 2.01 t/m 2.09

Slide 13 - Diapositive

Lesdoelen
  • Je kunt uitleggen waarom ons lichaam voedingsstoffen nodig heeft
  • Je kunt 3 voorbeelden geven van functies van vitamines
  • Je kunt minimaal 2 voorbeelden noemen van vitamines die     in vet oplosbaar zijn
  • Je kunt minimaal 2 voorbeelden noemen van vitamines die   in water oplosbaar zijn

Slide 14 - Diapositive

Voedingsgewoonten=
Religie
Cultuur
Gezondheid
Geslacht
Persoonlijke smaak

Wat je gewend bent te eten en hoe je eet

Slide 15 - Diapositive

Je hebt diverse voedingsgewoonten. Welke uitspraken hoort bij Hindoeïsme?
A
Ze beschouwen het varken als heilig dier.
B
Ze beschouwen de koe als een heilig dier.
C
Ze vasten bij religieuze bijeenkomsten en bij sterfgevallen
D
Ze eten vaak alleen vegetarisch.

Slide 16 - Quiz

Je hebt diverse voedingsgewoonten. Welke uitspraken hoort bij Hindoeïsme?
A
Ze beschouwen het varken als heilig dier.
B
Ze beschouwen de koe als een heilig dier.
C
Ze vasten bij religieuze bijeenkomsten en bij sterfgevallen
D
Ze eten vaak alleen vegetarisch.

Slide 17 - Quiz

Je hebt diverse voedingsgewoonten. Welke uitspraak hoort bij Koosjer eten?
A
Ze mogen tijdens het vasten dan tussen zonsopkomst en zonsondergang niet eten en drinken.
B
De koe is heilig en wordt niet gegeten.
C
Ze eten alleen vegetarische gerechten.
D
Dieren die wel gegeten worden: rund, schaap, geit en hert.

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Vidéo

H2.6 Dieten (T5.2)
Een dieet is een voeding die om medische redenen afwijkt van de normale voeding (voorgeschreven door arts, uitgewerkt door dieetist). Vier hoofdgroepen:

1. Beperkte dieten: één of meer voedingsstoffen minder dan normaal gebruikt
2. Verrijkte dieten: één of meer voedingsstoffen meer dan normaal gebruikt
3. Verwijderde dieten: één of meer voedingsstoffen totaal niet meer gebruikt
4. Vervangingsdieten: één of meer voedingsstoffen worden vervangen door andere

Soorten dieten
- Natriumbeperkt (zoutarm), energiebeperkt (vetarm/ suikerarm), glutenvrij (geen tarwe, rogge, gerst, haver), lactosebeperkt (melksuikervrij), etc.


Slide 20 - Diapositive

Welk voedingsmiddel mag er bij de volgede diëten niet worden gegeten?
Natriumarm dieet
Energiebeperkt dieet
Glutenvrij dieet
Lactose vrij dieet

Slide 21 - Question de remorquage

Slide 22 - Vidéo

Obesitas en anorexia zijn eetstoornissen.
welke bewering hierover is waar?
A
Bij obesitas en anorexia heb je overgewicht
B
Bij obesitas heb je overgewicht en bij anorexia ondergewicht
C
Bij anorexia heb je overgewicht en bij obesitas ondergewicht
D
Bij obesitas en anorexia heb je ondergewicht

Slide 23 - Quiz

Obesitas betekent dat je ondergewicht hebt
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quiz

Wat kunnen gevolgen zijn van overgewicht?
A
Hart- en vaatziekte
B
Kanker
C
Diabetes type 2
D
Obesitas

Slide 25 - Quiz

Hoofdstuk 1 t/m 5
Dit waren de hoofdpunten uit hoofdstuk 1 t/m 5. Ik ben benieuwd wat jullie nog weten en hoe jullie 30 seconds spel er gaat uitzien.

Slide 26 - Diapositive