Er voor zorgen dat mannen niet teveel macht hebben
C
Er voor zorgen dat iedereen mag stemmen
D
Er voor zorgen dat de rechter de meeste macht heeft
Slide 23 - Quiz
Wat zijn de grondrechten volgens John Locke?
A
Recht op religie, Recht op onderwijs, Recht op gezondheid
B
Recht op vrijheid, Recht op leven en Recht op bezit
C
Recht op veiligheid, Recht op werk, Recht op privacy
D
Recht op macht, Recht op rijkdom, Recht op gelijkheid
Slide 24 - Quiz
Wat is een revolutie?
A
Een kleine verandering waar veel mensen mee te maken hebben.
B
Een kleine verandering waar weinig mensen mee te maken hebben.
C
Een grote verandering waar weinig mensen mee te maken hebben.
D
Een grote verandering waar veel mensen mee te maken hebben.
Slide 25 - Quiz
Wat is Continuiteit
A
Een situatie waarin alles hetzelfde blijft
B
Een situatie waarin dingen anders verlopen
C
Een situatie waarin dingen niet lopen zoals geplanned
D
Een situatie waarin dingen lopen zoals geplanned
Slide 26 - Quiz
Wat is centralisatie?
A
Besturen vanuit één plek
B
Zelfvoorzienend
C
Feodalisme
D
Overal dezelfde wetten
Slide 27 - Quiz
Wat is het absolutisme?
A
De koning heeft alle macht en hoeft enkel verantwoording af te leggen aan God
B
De koning heeft alle macht, ministers zijn er om te adviseren
C
De koning laat de adel in Versailles wonen om zo zijn macht uit te oefenen
D
De koning kan alleen beslissen om oorlogen te voeren
Slide 28 - Quiz
Slide 29 - Vidéo
Revolutie!
Opstanden in 1789
Staten Generaal bijeen (inspraak van de standen)
1e en 2e stand in de meerderheid
Burgers zijn het er niet mee eens
Nationale vergadering
Lodewijk in Paniek
Begrippen:
Staten Generaal
Nationale vergadering
Lesplan
Lesdoelen
Herhaling
Instructie
Opdracht(en)
Lesdoelvragen
Afsluiting
Slide 30 - Diapositive
Revolutie!
Burgers komen in opstand
Bestorming Bastille
Gevangenen bevrijd en Wapens gestolen
Begrippen:
Grondrechten
Lesplan
Lesdoelen
Herhaling
Instructie
Opdracht(en)
Lesdoelvragen
Afsluiting
Slide 31 - Diapositive
Volk aan de macht
De Verklaring van de rechten van de Mens en Burger
De Nationale Vergadering schreef een grondwet:
De macht van de koning werd beperkt. De koning mocht alleen nog ministers benoemen, maar geen wetten meer maken.
Wetten en wetsvoorstellen werden door de Nationale Vergadering geschreven.
Volledige gelijkheid ontbrak nog in de nieuwe grondwet. Alleen burgers die voldoende belasting betaalden, mochten mensen kiezen die in de Nationale Vergadering zouden plaatsnemen. 'Wie betaalt, bepaalt'.
Begrippen:
Driemachten-leer
Democratie
Lesplan
Lesdoelen
Herhaling
Instructie
Opdracht(en)
Lesdoelvragen
Afsluiting
Slide 32 - Diapositive
Volk aan de macht
Lodewijk XVI probeert te vluchten, maar het mislukt.
Status als koning officieel opgeheven.
Frankrijk werd een republiek.
Lodewijk XVI onder de guillotine.
Begrippen:
Driemachten-leer
Democratie
Lesplan
Lesdoelen
Herhaling
Instructie
Opdracht(en)
Lesdoelvragen
Afsluiting
Slide 33 - Diapositive
Opdracht(en)
Maken: §4 - De Franse Revolutie
Lesplan
Lesdoelen
Herhaling
Instructie
Opdracht(en)
Lesdoelvragen
Afsluiting
Slide 34 - Diapositive
Huiswerk
Maken: §4 t/m 7d
Leren: §4.1+2
Wanneer inleveren: Voor de volgende les
Waar inleveren: tijdvoorgeschiedenis.nl
Lesplan
Lesdoelen
Herhaling
Instructie
Opdracht(en)
Lesdoelvragen
Afsluiting
Slide 35 - Diapositive
Leerdoelencheck!
Slide 36 - Diapositive
Lesdoelen
Je kunt uitleggen waarom de bestorming van de Bastille ontstaat.
Je kunt de hoofdlijnen van de Franse Revolutie tussen 1789 en 1799 beschrijven.