Les 16-M3- wk 46

• Duits
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Hallo ihr Lieben!

• Wiederholung (FE)-E-ST-T-EN-T-EN
• Woordenlijst SO 4
• Grammatik verleden tijd
• Schreibübung

• Reflektieren  [5 min]

Hoe maak je de juiste werkwoordsvorm?

Zet de stappen in de juiste volgorde:

1.

2.

3.

ich, du, er, sie, es, wir, ihr, sie, Sie ?

Maak de stam
van het
werkwoord

uitgang toe-voegen aan stam met (fe)esttenten-regel

(F)esttenten

+e

+st

+ t

+ t

+ en

+ en

ich

du

er/sie/es

wir

ihr

sie/Sie

Jullie kennen de esttenten regel natuurlijk (herhaling)

wohne

wohnst

wohnt

wohnen

ich

du

Frank

Lisa

es

Sie

ihr

wir

Lisa und Frank

Samenvattend voor schrijfvaardigheden:

 

- persoonlijke voornaamwoord "idewis"

- uitgangen werkwoord              "esttenten"

- voltooid deelwoord                    ge + stam + t

voltooide tijd 

Let op!

ook hier een extra -e bij werkwoorden met stam op d of t.

Voltooid deelwoord

Zwakke werkwoorden:

basisregel:

- ge + stam + t  (machen - gemacht)

behalve als het eindigt op of begint met, dan stam + t:

- ieren (fotografieren - fotografiert)

be- (besuchen - besucht)

ver- (versorgen - versorgt)

Instructie: Uitlegfilmpje

haben en sein

Wiederholen: t.t. (tegenwoordige tijd)

Neu: v.t. (verleden tijd)

v.v.t. = voltooid verleden tijd

Ik heb gehad: Ich habe gehabt

Ik ben geweest: Ich bin gewesen

Heute bin ich in der Schule

Gestern ....... ich in der Schule

??

Morgen habe ich Zeit

Gestern ...... ich keine Zeit.

??

Wat is het voltooid van antworten

1. geantwortet
2. antwortete
3. geantwortetet
4. geantwort

Het voltooid deelwoord van machen

1. gemacht
2. gemacht
3. macht
4. gemachen

Wat is het voltooid deelwoord van:
schwimmen?

1. geschwimmt
2. geschwommt
3. geschwommen
4. geschwimmen

Voltooid deelwoord:
reden

1. redten
2. geredet
3. gerediert
4. geredt

voltooid deelwoord: landen

1. geland
2. gelandet
4. landen

Wat zijn de voltooide deelwoorden?

1. Freiheit
2. gebadet
3. geschrieben
4. heiß

Het voltooid deelwoord van wohnen is...

1. gewohnd
2. gewohnt
3. gewohnent
4. gewohntd

Voltooid deelwoord van: arbeiten

1. arbeitet
2. gearbeited
3. arbeited
4. gearbeitet

Wat is het voltooid deelwoord van 'kaufen'?

1. gekaufen
2. gekauft
3. gekauftet
4. gekaufd

Woordenlijst SO 4

toets in wk 48 - maandag 28 Nov

Vertalingen werkwoorden

können = kunnen

dürfen = mogen, toestemming hebben

wissen = weten

sollen = moeten (wil van een ander)

wollen = willen (heel sterk)

mögen = leuk vinden/lusten/aardig vinden

möchten = willen (wens)/zou graag willen

müssen = moeten (het kan niet anders)

en in de verleden tijd

Schreibübung / Schrijfoefening

Die Übung

- Wat: Informele brief/bericht

- Doel: Verbeteren schrijven.

- Hoe:  padlet -voor de link,

kijk naar magister huiswerk voor 21 november

ABSCHLUSS

WAS HABEN WIR GELERNT?

GIBT ES NOCH FRAGEN?

Bis nächste Woche!!