Spelling P2 L13

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Welkom! 

Ga naar je plek, pak je spullen en wacht tot de les begint.

• Lesboek Nieuw Nederlands
• Leesboek
• Schrift 
• Pen

Wat gaan we doen?

• Lesdoelen
• Mededelingen
• Lezen
• Uitleg 
• Aan het werk
• Huiswerk
• Evaluatie les

Mededelingen

Wat moet ik weten?

Lesdoelen

• Ik kan hoofdletters op de juiste manier gebruiken.
  
• Ik kan woorden spellen die eindigen op een -t of -d.

Lezen in stilte

Huiswerk bespreken

opdracht 1 t/m 3 vanaf blz. 222

Stappenplan zinsontleding

1. Persoonsvorm (pv)                         - vraagproef/tijdproef

2. Onderwerp (ow)                              - wie of wat + pv?

3. Werkwoordelijk gezegde (wg)  - pv + andere ww in de zin

Hoofdletters

• Begin van elke zin
• Bij namen: Lieke, Woerden, Nederland
• Bij woorden die van namen afgeleid zijn: Woerdense, Wilhelminastichting, Nederlandse

Let op! tussenvoegsel

• Geen voornaam of voorletter? Dan krijgt het eerste tussenvoegsel een hoofdletter. 
• Lieke de Kok, mevrouw L. de Kok, mevrouw De Kok

Laatste letter -t of -d

• Soms een -t:  olifant, wit
• Soms een -d: paard, verwond
• Gebruik de verlengproef

Is het woord géén persoonsvorm? Maak het woord dan langer door er -e, -en of -eren achter te zetten.

Laatste letter -t of -d

Is het woord géén persoonsvorm? Maak het woord dan langer door er -e, -en of -eren achter te zetten.

late --> laat
rode --> rood

kinderen - kind

Zelfstandig werken

• Je werkt in stilte.
• Maak opdracht 4 t/m 7 vanaf blz. 222
• Maak opdracht 1 t/m 5 vanaf blz. 226
  
  
• Klaar? Werk aan de taken op Numo
  
  
• Heb je vragen? Steek je hand op. 
  
  

Samenwerken

• Je mag zachtjes overleggen.
• Maak opdracht 4 t/m 7 vanaf blz. 222
  
• Maak opdracht 1 t/m 5 vanaf blz. 226

Klaar? Werk aan de taken op Numo

• Heb je vragen? Steek je hand op.

Huiswerk

Datum:
woensdag 7 december

Maken:

• Maak opdracht 4 t/m 7 vanaf blz. 222
  
• Maak opdracht 1 t/m 5 vanaf blz. 226

Lesdoelen

• Ik kan hoofdletters op de juiste manier gebruiken.
• Ik kan woorden spellen die eindigen op een -t of -d.

Evaluatie

• Wat heb je geleerd deze les?
• Wat ging er goed?
• Wat kan beter?

Tot de volgende les!