1B vrijdag 13 januari 2.6 + fictieoefening

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

GOEDEMORGEN 

Boek, schrift, agenda, pen op tafel.

Wat gaan we doen

Doel van deze les: herhalen, herhalen herhalen 

Herhalen stof 1.3, 2.3 en 2.5	8 minuten
Quizzz	15 minuten
Oefening begrijpend lezen	25 minuten
Journaal kijken - luisteroefening	10 minuten
Lesafsluiting	5 minuten

Deze periode: hoe kan ik een gelezen tekst begrijpen? En hoe kan ik daarover communiceren?

H2.1 Fictie (al gedaan)

H2.2 Gedicht (al gedaan)

H2.3 Begrijpend lezen (al gedaan)

H2.5 Woorden (al gedaan)

H1.6 en 2.6 Kijken en luisteren (nu mee bezig)

Centraal staat het boek 'Alaska'. In een (groeps)presentatie over dit boek laat je zien wat je in bovenstaande hoofdstukken geleerd hebt. 

DOEL VAN DEZE LES

Herhalen van de stof van voor de vakantie. 

BLIJVEN OEFENEN MAAKT JE EEN STER IN DIT VAK! 

Nu: lees H1.3, H2.3 en H2.5 goed door. Lees de leerteksten en oefen de woorden nog eens. Overhoor elkaar. Je mag dus praten, maar zachtjes. En over de stof uit het boek!

Maak vijf zinnen met de volgende zes woorden. Laat zien dat je de betekenis kent!

Wat is een deelonderwerp?

1. de helft van het hele onderwerp
2. het onderwerp van een tekstgedeelte (alinea)
3. de hoofdgedachte van de tekst
4. een alinea

Wat is een tussenkopje?

1. Een alinea
2. Een titel van een alinea
3. De titel
4. De bron

Inleiding

Middenstuk

Slot

Hier maak je kennis met het onderwerp.

Hier lees je over de verschillende delen van het onderwerp.

Deelonderwerpen vind je hier.

Het belangrijkste uit de tekst wordt herhaald.

Opdracht 1

Maxim en Bas maken een werkstuk over EHBO. Zet de deelonderwerp in een logische volgorde. 

Deelonderwerpen die in het begin van de tekst horen

Deelonderwerpen die in het midden van de tekst horen.

Deelonderwerpen die aan het eind van de tekst horen. 

handelingen van een EHBO'er

EHBO-diploma

aanwezigheid bij activiteiten

betekenis afkorting EHBO

geschiedenis van de EHBO

Inleiding

Middenstuk

Slot

Hier maak je kennis met het onderwerp van de tekst.

Hier lees je over verschillende deelonderwerpen.

Hier wordt het belangrijkste uit de tekst herhaald.

Bij verkennend lezen...

1. ...probeer je de tekst te begrijpen en wil je precies weten wat erin staat.
2. ...probeer je een eerste indruk van de tekst te krijgen.
3. ...probeer je de tekst uit je hoofd te leren.
4. ...probeer je in de tekst te vinden wat je zoekt.

Wat moet je NIET doen bij verkennend lezen?

1. Je leest de titel en deeltitels
2. Je leest alle zinnen nauwkeurig.
3. Je kijkt naar de plaatjes
4. Je leest de eerste en de laatste alinea

Deze vraag stel je wel bij verkennend lezen.

Deze vraag stel je niet bij verkennend lezen.

Wat is het onderwerp waarschijnlijk?

Wat is het tekstdoel?

Wat betekent dit moeilijke woord?

Wat is het belangrijkste wat wordt gezegd over het onderwerp?

Wat voor soort tekst is het?

Aan de slag

Jullie krijgen een extra oefenblad. 

De oefeningen maak je ZELFSTANDIG.

Dus in stilte, het gaat erom dat je erachter komt welke onderdelen je nog wat aandacht moet geven. 

Klaar? Dan kan je bij mij een antwoordblad ophalen.

Let op: het moet af, anders moet je het vanmiddag af komen maken. 

Evaluatie

• Wat heb je geleerd deze les?
• Wat ging er goed?
• Wat kan beter?