Oefenen 1BKG Thema 3 Waarnemen

Oefenen 1BKG Thema 3 Waarnemen
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Oefenen 1BKG Thema 3 Waarnemen

Slide 1 - Diapositive

Wat gebeurt er met je pupillen als er weinig licht is?
A
Worden kleiner
B
Er gebeurt niets
C
Worden groter

Slide 2 - Quiz

Zie je met een holle lens scherp van dichtbij of veraf?
A
Dichtbij
B
Veraf

Slide 3 - Quiz

Welk dier heeft de laagste onderste gehoorgrens?
A
Olifant
B
Dolfijn
C
Mens
D
Vleermuis

Slide 4 - Quiz

Welk dier heeft de hoogste onderste gehoorgrens?
A
Olifant
B
Kikker
C
Mens
D
Vleermuis

Slide 5 - Quiz

Welk dier heeft de hoogste bovenste gehoorgrens?
A
Olifant
B
Kikker
C
Mens
D
Dolfijn

Slide 6 - Quiz

Welk dier heeft een kleiner gehoorbereik dan de mens?
A
Olifant
B
Kikker
C
Mens
D
Dolfijn

Slide 7 - Quiz

Hoe werkt het afplakken bij een lui oog?
A
De pleister bedekt het zwakke oog om het oog te versterken.
B
Het sterke oog wordt afgeplakt om beide ogen gelijk te belasten.
C
De pleister bedekt het sterke oog om het zwakkere oog te dwingen om meer te werken.

Slide 8 - Quiz

Waarom plak je soms een pleister op een lui oog?
A
Om het goede oog te beschermen tegen fel licht.
B
Om het zwakke oog harder te laten werken en te ontwikkelen.
C
Om beide ogen te trainen.
D
Om te voorkomen dat je scheel gaat kijken.

Slide 9 - Quiz

Welke vijf zintuigen gebruiken mensen om hun omgeving waar te nemen?
A
Horen, zien, ruiken, proeven, voelen
B
Zien, ruiken, spreken, voelen, lopen
C
Horen, zien, denken, ruiken, voelen
D
Zien, ruiken, proeven, rennen, voelen

Slide 10 - Quiz

Waar bevinden zich de smaakpapillen?
A
Tanden
B
Tong
C
Maag
D
Lippen

Slide 11 - Quiz

Wat is de functie van de pupil?
A
Licht doorlaten naar het netvlies
B
Het oog vochtig houden
C
Kleuren onderscheiden
D
De oogbol beschermen

Slide 12 - Quiz

Wat gebeurt er als je een warme pan aanraakt?
A
Je voelt niets
B
Je spieren trekken samen om je hand weg te halen
C
De huid wordt direct dikker
D
Het bloed stroomt sneller naar je hand

Slide 13 - Quiz

Welke zintuigen gebruik je bij het proeven van eten?
A
Alleen je tong
B
Tong en neus
C
Alleen je ogen
D
Oren en tong

Slide 14 - Quiz

Wat gebeurt er in je hersenen als je iets ziet?
A
De hersenen zenden signalen naar je spieren
B
De hersenen stoppen met werken
C
Het beeld wordt verwerkt en herkend
D
De hersenen reageren niet

Slide 15 - Quiz

Waarom knipper je met je ogen?
A
Om je ogen vochtig te houden
B
Om je ogen schoon te maken
C
Om licht tegen te houden

Slide 16 - Quiz

Wat gaat als eerste trillen als geluid je oor bereikt?
A
Gehoorbeentjes
B
Trommelvlies
C
Hersenen
D
Oorschelp

Slide 17 - Quiz

Wat gebeurt er met je smaak als je verkouden bent?
A
Je proeft minder
B
Je proeft meer
C
Je proeft alleen nog zoet
D
Je proeft alleen nog zuur

Slide 18 - Quiz

Welke zintuigen gebruik je bij het waarnemen van muziek?
A
Oren en ogen
B
Alleen oren
C
Alleen ogen
D
Oren en huid

Slide 19 - Quiz

Wat gebeurt er als je ogen teveel licht binnen krijgen?
A
De pupil wordt groter
B
Je knippert niet meer
C
Je ziet alleen zwart-wit
D
De pupil wordt kleiner

Slide 20 - Quiz

1. prikkel
2.
3.
4.
5. 
6. waarneming
hersenen
zintuig
zenuw
impuls

Slide 21 - Question de remorquage

Prikkel
Waarnemen 
Impuls 
hersenen

Slide 22 - Question de remorquage

Welke waarneming hoort bij welk zintuig?
Horen
Ruiken
Proeven
Voelen
Zien

Slide 23 - Question de remorquage

Sleep: Waar of niet waar?
WAAR
NIET WAAR
Smaakpapillen zijn prikkels voor de smaakzintuigen.
Smaakzintuigen liggen op je tong en je lippen.
Smaakstoffen sturen berichten naar je hersenen.
Met de smaakzintuigen op je tong kun je smaken waarnemen.

Slide 24 - Question de remorquage

Een zintuigcel vangt prikkels op en zet die om in impulsen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quiz

De buis van Eustachius verbindt
A
De trommelholte met het middenoor
B
Oorschelp met keelholte
C
Slakkenhuis met trommelholte
D
Trommelholte met keelholte

Slide 26 - Quiz