1. Worstenbroodjes

Worstenbrood
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
Begrijpend luisterenBasisschoolGroep 6

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Worstenbrood

Slide 1 - Diapositive

1. Uit welke plaats komt de worstenbrood?
A
Groningen
B
Maastricht
C
Brabant
D
Friesland

Slide 2 - Quiz

2. Waar staat de grootste worstenbroodfabriek van Nederland?
A
Zwolle
B
Dokkum
C
Den Haag
D
Waalwijk

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Vidéo

3. Wat voor vlees wordt er gebruikt voor worstenbroodjes?
A
Kippenvlees
B
Rundvlees
C
Varkensvlees
D
Paardenvlees

Slide 5 - Quiz

4. Wat wordt er door het gemalen vlees ingemengd voor het worstenbroodje?
A
Kuiden
B
Mayonaise
C
Mosterd
D
Pizzasaus

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Vidéo

5. Wat wordt niet door het brooddeeg ingemengd?
A
Meel
B
Suiker
C
Gist
D
Water

Slide 8 - Quiz

6. In het filmpje hebben ze het over platwalzen. Wat betekent dat?
A
Dunner maken
B
Zout toevoegen
C
Bloem toevoegen
D
Dikker maken

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Vidéo

7. De machine rolt de worst in het deeg. Betekent dat dat er gelijk kleine, korte worstbroodjes eruit komen?
A
Ja
B
Nee

Slide 11 - Quiz

8. Waarom krijgen de broodjes een eierdouche?
A
Het deeg wordt daardoor harder
B
Dan plakt het beter
C
Het smaakt beter
D
Voor de glans

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Vidéo

9. Hoeveel graden is het in de rijskast?
A
30 graden
B
34 graden
C
31 graden
D
32 graden

Slide 14 - Quiz

10. Waarom moeten de broodjes na het bakken snel afkoelen?
A
Lekkerder
B
Glanzender
C
Mooier
D
Langer houdbaar

Slide 15 - Quiz

11. Waar gaan de worstenbroodjes als laatste?
A
Naar de inplaatsafdeling.
B
Naar de inpakafdeling.
C
Naar de bakjesafdeling.

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Vidéo