B&F rekenen redactiesommen 22 april 2020
4+3 =
1 / 20
Éléments de cette leçon
4+3 =
Slide 1 - Question ouverte
6+2=
Slide 2 - Question ouverte
2+7=
Slide 3 - Question ouverte
3+5=
Slide 4 - Question ouverte
1+4=
Slide 5 - Question ouverte
6-3=
Slide 6 - Question ouverte
8-2=
Slide 7 - Question ouverte
10-3=
Slide 8 - Question ouverte
6-5=
Slide 9 - Question ouverte
9-4=
Slide 10 - Question ouverte
Arjan verkoopt 3 zakjes met nootjes voor 6 euro. Hoeveel kost 1 zakje met nootjes?
Slide 11 - Question ouverte
Ryan heeft een fiets met 12 versnellingen. Lola heeft er 3 minder. Hoeveel versnellingen heeft zij?
Slide 12 - Question ouverte
In een doosje rails zitten 10 stukken rails. Cas heeft 4 van die doosjes. Hoeveel stukken rails heeft hij?
Slide 13 - Question ouverte
Charlie heeft 18 konijnen. De helft is zwart. Hoeveel zijn dat er?
Slide 14 - Question ouverte
Welk getal is het meest? 32, 28 of 41 ?
Slide 15 - Question ouverte
In een huis zijn 2 slaapkamers. In elke kamer staan 4 bedden. Hoeveel mensen kunnen er slapen?
Slide 16 - Question ouverte
Mare heeft 8 euro. Luna heeft 2 euro. Hoeveel hebben ze samen?
Slide 17 - Question ouverte
Lize heeft 44 stiften. 4 volle doosjes van 10 stiften en dan nog ....... losse stiften.
Slide 18 - Question ouverte
Fedde is 9 jaar. James is 3 jaar jonger. Hoe oud is James?
