§1.1 Veranderingen in woonbuurten

Uitleg §1.1 verandering in woonbuurten
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Uitleg §1.1 verandering in woonbuurten

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
- Bespreken toets
- Uitleg H1.1
- Aan het werk. 

Slide 2 - Diapositive

Video armste wijk van Nederland

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Leerdoelen
  1. Je kent de kenmerken van woonbuurten.
  2. Je begrijpt hoe en waarom woonbuurten veranderen.
  3. Je kunt aan de hand van woningsoorten en woontypes uitspraken doen over woonbuurten.

Begrippen:
Woonbuurten, woonomgeving, welvaart, mobiliteit, renovatie, sanering, verpaupering en gentrificatie

Slide 5 - Diapositive

Kenmerken van woonbuurten
Elke woonbuurt (gebied met wonen als belangrijkste functie) heeft zijn eigen woonomgeving (kenmerken hoe het eruit ziet).
Woonbuurten veranderen doordat de samenleving verandert.

Slide 6 - Diapositive

Woonbuurten
Gebied met wonen als belangrijkste functie. 

Een stad heeft vaak meerdere functies zoals wonen, werken en recreeren. Deze functies kan je herkennen aan het uiterlijk van de gebouwen in de stad.

Slide 7 - Diapositive

Woonomgeving
Kenmerken hoe het eruit ziet. 

Woonbuurten zien er verschillend uit afhankelijk van de tijd waarin ze gebouwd zijn en de  eisen die gesteld werden in die tijd. Dit komt omdat de samenleving verandert.

Slide 8 - Diapositive

Schrijf op in je schrift
hoe ziet jouw woonomgeving eruit?
- Veel groen/ weinig groen
-Welk type huizen?
-Andere kenmerken van je buurt

Slide 9 - Diapositive

De samenleving verandert
Reden:
Sinds begin 20e eeuw is de welvaart (rijkdom) toegenomen.

Gevolg:
Meer mobiliteit (verplaatsing van mensen)
Daardoor zijn er meer auto’s, is er meer verkeer en gaan we vaker op vakantie. En kunnen we verder van ons werk gaan wonen in een mooiere omgeving.

Ook de overheid bemoeit zich met de woningbouw via de woningwet en eist dat bepaalde voorzieningen als een eigen badkamer in nieuwe huizen worden geplaatst.


Slide 10 - Diapositive

De samenleving verandert
Welke veranderingen in de woon-omgeving zijn er door de gestegen welvaart en toegenomen mobiliteit?

1 Scheiding van wonen en werken. Werken in de stad en wonen in de omgeving van de stad. Gevolg woon-werkverkeer (forensisme) en files
2 Te weinig parkeerruimte. Mensen hebben meer geld en daardoor vaker en tweede auto.
3 Minder bewoners per woning. Mee alleenstaanden, gescheiden gezinnen.
4 Minder buurtwinkels. Mensen doen boodschappen in supermarkten of laten boodschappen bezorgen.
5 Verouderde huizen of nieuwe huizen.

Slide 11 - Diapositive

Beeldcarrousel - De Jordaan

Slide 12 - Diapositive

Aanpassing woonomgeving

Dus: buurten opknappen en woningen moderniseren om verpaupering tegen te gaan.

Dat kan op twee manieren:
Renovatie: opknappen van oude huizen
Sanering: oude huizen vervangen door nieuwbouw en de wijk herinrichten

Slide 13 - Diapositive

Gentrificatie
Als buurten opknappen doordat er
mensen gaan wonen met geld noem
je dat ...
Gentrificatie 


Slide 14 - Diapositive

Gentrificatie
 Er komen meer rijken waardoor voor armen de buurt, vaak de binnenstad, te duur wordt.
Zij verhuizen door naar andere "arme" buurten. 

Slide 15 - Diapositive

Gentrificatie

Slide 16 - Diapositive

Hoe ziet gentrificatie eruit?

Slide 17 - Diapositive

Wat is een kenmerk van een woonbuurt?
A
Soort huizen
B
Het heeft de functie industrie
C
Ze zien er allemaal hetzelfde uit
D
Ze veranderen niet.

Slide 18 - Quiz

Welk van onderstaande redenen is geen verandering in de maatschappij waardoor woonbuurten veranderen?
A
Toegenomen mobiliteit
B
Toegenomen analfabetisme
C
Toegenomen welvaart
D
Woningwet

Slide 19 - Quiz

De foto hiernaast is een voorbeeld van een wijk met ...
A
koopwoningen
B
huurwoningen

Slide 20 - Quiz

Lezen paragraaf 1.1

Slide 21 - Diapositive

Aan het werk. 
Huiswerk voor volgende week:
Maken alle opdrachten van H1.1 



Slide 22 - Diapositive