Grammatica cursus 5 - les 5 bezittelijk en persoonlijk voornaamwoord

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

WELKOM!

Jas aan de kapstok, telefoon in de koffer.

Neem rustig plaats

Op tafel: Leesboek en laptop (dicht!)

VANDAAG

• stil lezen
• praten over je boek
• lesdoel
• instructie
• zelfstandig werken
• evalueren

VANDAAG

• stil lezen
• praten over je boek
• lesdoel
• instructie
• zelfstandig werken
• evalueren

lesdoel

Aan het eind van de les kan ik persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden herkennen.

Instructie

Je kunt naar personen, dieren of dingen verwijzen. Daarvoor gebruik je een persoonlijk of bezittelijk voornaamwoord.

Instructie

Een persoonlijk voornaamwoord verwijst naar een persoon, dier of ding:

Wij keken naar de hardloopwedstrijd.

Hij moet hier aan de lijn.

Ik heb het ingepakt.

Instructie

Een bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie iets is. Het staat altijd vóór het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort: 

jullie huis, onze klas, jouw jurk.

Instructie

Toepassen Wat zijn de bezittelijke voornaamwoorden in de zinnen?

Ons buurmeisje voelt zich als een vis in het water op onze school.

Rapunzel en Fynn nemen hun leven in eigen hand.

• Ons, onze

• Hun

Toepassen

Jullie gaan naar Nieuw Nederlands - cursus 5 Grammatica - Persoonlijk en Bezittelijk voornaamwoord. 

Jullie maken opdrachten 1 tot en met 6 helemaal af.

Evaluatie

Wat was het lesdoel?

Uw bestelling wordt vandaag verzonden.

Wat is hier het persoonlijk of bezittelijk voornaamwoord?