8.1 Waaraan herken je een ontwikkelingsland?

Klas 4 vmbo-T
Hoofdstuk 8 Welvaart wereldwijd?
8.1 Waaraan herken je een ontwikkelingsland?
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 22 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Klas 4 vmbo-T
Hoofdstuk 8 Welvaart wereldwijd?
8.1 Waaraan herken je een ontwikkelingsland?

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen deze les?
  • Vragen over huiswerk (7.4)
  • Theorie paragraaf 8.1
  • Kahoot paragraaf 8.1
  • Rekenopgaven maken hoofdstuk 7

Slide 2 - Diapositive

Hoofdstuk 8 Welvaart wereldwijd?

Slide 3 - Diapositive

Lesdoelen 8.1

  • Kun je benoemen welke kenmerken ontwikkelingslanden hebben
  • Kun je verklaren waarom arme landen weinig exportinkomsten hebben
  • Kun je beschrijven wat landen doen                                               tegen schommelende grondstofprijzen


Slide 4 - Diapositive

8.1 Waaraan herken je een ontwikkelingsland?
Doelen van de les:
  • Weten wat een ruilvoet is en hiermee kunnen rekenen
  • Weten wat is een monocultuur is en de gevaren hiervan
  • Weten wat een buffervoorraad is en de gevolgen hiervan
  • Weten wat nationaal inkomen en personele inkomen is
  • Met nationaal inkomen personele inkomen kunnen rekenen
  • Vergelijken welvaart van verschillende landen
  • 8 Kenmerken ontwikkelingslanden weten

Slide 5 - Diapositive

Wat zie je op de kaart?
Wat zou dit betekenen?
Wat valt je op?

Slide 6 - Diapositive

Bepalen welvaart op basis van:

  • Inkomen per hoofd van de bevolking
  • (On)gelijke inkomensverdeling
  • Koopkracht
  • Omvang informele productie
  • Aanwezigheid en kwaliteit collectieve voorzieningen

Slide 7 - Diapositive

Kenmerken ontwikkelingslanden:

  1. Laag inkomen per hoofd van de bevolking
  2. Ongelijke inkomensverdeling
  3. Hoge werkloosheid
  4. Ondervoeding
  5. Snelle bevolkingsgroei
  6. Analfabetisme
  7. Beperkte technische ontwikkeling
  8. Eenzijdige economische structuur
Nationaal inkomen is vaak afhankelijk van één sector
Wat zijn oorzaken en gevolgen?

Slide 8 - Diapositive

Nationaal inkomen
De optelsom van alle inkomens uit arbeid en bezit (zoals loon, rente, huur, pacht).

Wat zegt dit? 
Je kunt pas vergelijken met andere landen als je het inkomen per hoofd van de bevolking weet.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

personele inkomensverdeling
De verdeling van het totale inkomen over de inwoners.

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Berekening

Inkomen per hoofd van de bevolking = 



aantal.inwonersnationaal.inkomen

Slide 13 - Diapositive

monocultuur
Ontwikkelingslanden zijn vaak afhankelijk van maar één of enkele landbouwproducten.

Slide 14 - Diapositive

  • Buffervoorraden aanleggen om prijsschommelingen tegen te gaan --> productie groter dan vraag
  • Export: koffiebonen
  • Prijs bepaald door wereldmarkt (vraag en aanbod)

Slide 15 - Diapositive

Import
Export
Ruilvoet
  • De verhouding tussen de prijs van exportproducten en de prijs van importproducten

Slide 16 - Diapositive

ruilvoet

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Buffervoorraad
Voor ontwikkelingslanden is het lastig als die prijzen veranderen.

Om grote prijsschommelingen tegen te gaan, kan een land buffervoorraden aanleggen. 

Als de productie groter is dan de vraag, dan wordt een deel opgeslagen. 

Als de vraag stijgt, wordt de voorraad verkocht. Zo blijven vraag en aanbod meer in evenwicht en de prijzen stabiel.

Slide 19 - Diapositive

Voorbeeld Jozef: vette jaren magere jaren
Denk aan het verhaal van Jozef  uit de bijbel.

Na zeven vette jaren zouden zeven magere jaren komen.

Jozef kreeg de opdracht het graan in de vette jaren op te slaan en uit de delen in de magere jaren.

Dit kan je nu ook met koffie, cacao doen.
Je koopt het op bij de handelaren en je verkoopt het wanneer er tekorten zijn.

Voordeel is dat prijzen redelijk gelijk blijven en mensen geen alternatief gaan zoeken. Dit is fijn voor producent en klant. 

Nadeel het opslaan kost geld. 

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Lien

Ga nu maken:
Opgave 1 t/m 12 Rekenen
Blz.226-227

Slide 22 - Diapositive