14 de junio de 2023

1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Bienvenidos chicos y chicas
Hoy es miércoles ,el 28 de junio de 2023


Slide 2 - Diapositive

¿Qué hemos hecho en la clase anterior?
timer
1:00

Slide 3 - Question ouverte

La clase anterior

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Slide 6 - Vidéo

timer
1:00
¿Qué es el tema de esta clase?

Slide 7 - Carte mentale

Objetivos de esta clase

Ik weet hoe ik de pretérito perfecto maak! 
Ik kan zeggen wat ik dit weekend ,dit jaar, deze vakantie  heb gedaan.
Ik kan zeggen dat ik naar het strand ben geweest.
Ik kan zeggen wat ik op het strand heb gedaan.






Slide 8 - Diapositive

timer
1:00
Hoe maak ik de pretérito perfecto?

Slide 9 - Carte mentale

¿Qué vamos a hacer hoy?
- Hablar sobre el pretérito perfecto
- Practicar el pretérito perfecto
- Hacer un juego

Slide 10 - Diapositive

PRETERITO PERFECTO
 Voltooid tegenwoordige tijd: pretérito perfecto 
Als je in het Spaans wilt vertellen wat je hebt gedaan, kun je de pretérito perfecto gebruiken. Die bestaat uit het hulpwerkwoord haber met een voltooid deelwoord.

Het voltooid deelwoord van de regelmatige werkwoorden maak je door:
– werkwoorden op -ar: achter de stam zet je de uitgang -ado
– werkwoorden op -er: achter de stam zet je de uitgang -ido
– werkwoorden op -ir: achter de stam zet je de uitgang -ido

he visitado ik heb bezocht
has visitado jij hebt bezocht
ha visitado hij/zij/u heeft bezocht
hemos visitado wij hebben bezocht
habéis visitado jullie hebben
han visitado zij hebben bezocht / u heeft bezocht (mv)
Let op De woordvolgorde in de zin is anders. In het Spaans staan de persoonsvorm en het voltooid deelwoord bij elkaar in de zin. In het Nederlands is dat meestal niet zo. Kijk voor meer informatie ook bij ‘Woordvolgorde’.

¿Has visitado la capital de la provincia? Heb je de hoofdstad van de provincie bezocht?
He visto la película. Ik heb de film gezien.
Ha comprado una falda. Zij heeft een rok gekocht.
Bij de ontkenning komt no voor de persoonsvorm.

No he cantado. Ik heb niet gezongen.
Sommige werkwoorden hebben een onregelmatig voltooid deelwoord:

decir (zeggen) dicho (gezegd) escribir (schrijven) escrito (geschreven)
hacer (doen, maken) hecho (gedaan) ver (zien) visto (gezien)

Slide 11 - Diapositive

¿Cuándo usamos el pretérito perfecto?
  • We gebruiken de Pretérito Perfecto 
als we praten over acties die in het 
verleden hebben plaatsgevonden,
maar nog een relatie hebben met 
het heden.

Tijdsaanduidingen

Slide 12 - Diapositive

Wat is ook alweer de Préterito Perfecto?
A
Toekomst
B
Voltooid deelwoord
C
Verleden tijd
D
Tegenwoordige tijd

Slide 13 - Quiz

Wat is een signaalwoord van de pretérito perfecto?
A
ayer
B
en 2011
C
hoy
D
las vacaciones pasadas

Slide 14 - Quiz

Wat is een signaalwoord van de pretérito perfecto?
A
anoche
B
este año
C
el año pasado
D
hace un año

Slide 15 - Quiz

Het hulpwerkwoord bij de pretérito perfecto is:
A
Tener
B
Querer
C
Haber
D
Saber

Slide 16 - Quiz

Wat is geen signaalwoord van de pretérito perfecto
A
esta semana
B
ayer
C
hoy
D
este mes

Slide 17 - Quiz

Juego del pretérito perfecto

En  grupos de 4 personas.
material: Dado y el papel del juego.
timer
10:00

Slide 18 - Diapositive

Objetivos de esta clase
 Ik kan zeggen wat ik dit weekend heb gedaan.
Ik kan zeggen dat ik naar het strand ben geweest.
Ik kan zeggen wat ik op het strand heb gedaan'.
Ik weet hoe ik de pretérito perfecto maak.





Slide 19 - Diapositive

Heb je de inhoud van deze les begrepen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Sondage

Los deberes
Estudiar el vocabulario del reader
Estudiar el imperfecto(forma y uso)

Slide 21 - Diapositive

       de imperfecto
Welke werkwoord-tijd is dit?
En hoe gaan de vervoegingen ook al weer?

Bekijk evt. het filmpje op de volgende slide

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Schrijf drie signaalwoorden naar keuze op die horen bij de imperfecto.

Slide 24 - Question ouverte