Interviewen

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo, mavo, havo, vwo
• Leerjaar 3

Interviewen

Doelen in deze les

• Je weet wat een interview is.

• Je weet wat open en gesloten vragen zijn.
  
• Je kunt open en gesloten vragen stellen.
• Je kunt uitleggen wat 'doorvragen' betekent.
• Je kunt een interview voorbereiden en houden.

Soorten vragen

Er zijn twee soorten vragen: gesloten en open vragen.

-> zie ook blz. 100-101 OS

1. Gesloten vragen kun je beantwoorden met een kort en vast antwoord, zoals 'ja' of 'nee'. Bv.: Wat is je schoenmaat? Maat 39.
2. Open vragen geven vaak een langer antwoord en werken daarom goed om een gesprek op gang te brengen. Denk aan vraagwooden als: wat, waarom, hoe. Bv. Wat vind je leuk om te doen in je vrije tijd?
   

Een voorbeeld van een gesloten vraag is: “Vind jij katten leuke dieren?”
In de journalistiek kom je vaak open vragen tegen, zoals: “Waarom vindt u dat mensen op de SP moeten stemmen?”

Open maken

Je kunt van gesloten vragen ook open vragen maken, kijk maar:

Gesloten vraag: 
Gaat het goed met u?

Open vraag:
Hoe gaat het met u?

Doorvragen

• Na een antwoord kun je even nadenken en doorvragen.
• Dat betekent dat je met een nieuwe vraag ingaat op het antwoord van de geïnterviewde.
• Je vraagt door wanneer je het gevoel hebt dat de geïnterviewde nog niet voldoende antwoord heeft gegeven.
  

antwoord heeft gegeven.

Bijvoorbeeld:

Interviewer: “Vindt u uw werk als leraar leuk?”
Leraar: “Ja.”
Interviewer: “Wat vindt u er zo leuk aan?”
Leraar: “Ik vind het heel leuk om met kinderen te werken.”
Interviewer: “Wat vindt u daar leuk aan?”
Leraar: “Kinderen hebben zo’n frisse kijk op de wereld, daar word ik vrolijk van. Wij volwassenen zitten soms nog zo vastgeroest in onze eigen denkbeelden. Door te werken met kinderen kom ik daar een beetje los van.”

Voorbeeld doorvragen

Interviewer: “Vindt u uw werk als leraar leuk?”

Leraar: “Ja.”

Interviewer: “Wat vindt u er zo leuk aan?”

Leraar: “Ik vind het heel leuk om met kinderen te werken.”

Interviewer: “Wat vindt u daar leuk aan?”

Leraar: “Kinderen hebben zo’n frisse kijk op de wereld, daar word ik vrolijk van. Wij volwassenen zitten soms nog zo vastgeroest in onze eigen denkbeelden. Door te werken met kinderen kom ik daar een beetje los van.”

Hoe bereid je een interview voor?

• Maak voor jezelf een vragenlijst met de belangrijkste vragen.
• Durf ook van je vragenlijstje af te wijken: luister goed naar de geïnterviewde en vraag door wanneer dat nodig is.
• Schrijf in steekwoorden mee
• Vraag of je het interview mag opennemen

-> Zie ook blz. 148-149 OS

Aan de slag

- Bedenk wie je wilt interviewen. Neem hiervoor iemand waar jij nieuwsgierig naar bent

- Bedenk hoe je gaat vragen of je hem/haar mag interviewen

- Bereid de vragen die je wilt stellen voor. Bedenk er minimaal 7.

- Plan het interview

- Werk je interview uit tot een verslag:

1. Letterlijk de vragen en de antwoorden typen (-> zie ook 144-145 OS)

2. Een verhaal maken van het gesprek (-> zie ook 146-147 OS)

Voorbeelden verslag interview

1. Letterlijk de vragen en de antwoorden:

Vond je school leuk toen je jong was?

Nee, helemaal niet omdat ik leuker vond om vrij te zijn.

Wat was uw favoriete vak op school?

Sport was mijn favoriete vak maar ik vond tekenen ook heel erg leuk en dat heet tegenwoordig het vak van kunst en cultuur.

2. Een verhaal maken van het gesprek:

Meneer Sten vond school helemaal niet leuk omdat hij het leuker vond om vrij te zijn. Maar hij vond sport wel een heel leuk vak op school, naast tekenen ( kunst en cultuur) .

Wanneer en hoe?

 

- Deadline: 16 februari

- Tihomir, Farzad en Ahmet doen het in het Engels voor de schoolkrant

- Inleveren per mail aan mij/voor Engels aan meneer Stephan