KWT oefenopdrachten H4

3.2 Welvaart, crisis en dreiging
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

3.2 Welvaart, crisis en dreiging

Slide 1 - Diapositive

0 - 5    Minuten    Opstarten
5-20    Minuten    NOS jeugdjournaal 
20-55 Minuten     Zelfstandig werken 
55-70  Minuten    Pauze
70-90 Minuten     Lesson-up


Planning

Slide 2 - Diapositive

Wat is fascisme?
A
Vind geweld en het eigen land belangrijk
B
Vind eerlijkheid en rechtvaardigheid belangrijk
C
Een lange rij
D
Vind het belangrijk dat mensen niet in lange rijen staan

Slide 3 - Quiz

In welk land ontstond er fascisme?
A
Nederland
B
Duitsland
C
Italië
D
Afrika

Slide 4 - Quiz

Wat is niet een kenmerk van fascisme?
A
Tegen democratie
B
Houd van geweld
C
Vind het land belangrijk
D
Vind eerlijkheid belangrijk

Slide 5 - Quiz

Wat is een dictatuur?
A
Een krant
B
Een land met één heerser
C
De economische wereldcrisis
D
Werkloosheid

Slide 6 - Quiz

Democratie
Totalitaire dictatuur
Verkiezingen
Eigen mening
Vrijheid
Dictator
Geweld
Geen eigen mening

Slide 7 - Question de remorquage

Wie kreeg in Duitsland steeds meer invloed?
A
Mussolini
B
Hitler
C
Koning Willem Alexander

Slide 8 - Quiz

Hitler had geen vertrouwen in de democratie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

0 - 5    Minuten     Opstarten
5-20    Minuten     NOS jeugdjournaal 
20-55 Minuten     Zelfstandig werken 
55-70  Minuten    Pauze
70-90 Minuten     Zelfstandig werken


Nederlandse politiek

Slide 10 - Diapositive


  • Tijdens pauze niet het leerplein af
  • Werk rustig
  • Als werk af is mag je wat voor jezelf doen
  • Voor het werk af is, niets anders op laptop
  • Dus... als je klaar bent... mag je rustig 
wat voor jezelf doen!
  • Wanneer klaar? Na woordweb
Regels tijdens KTW

Slide 11 - Diapositive

Jeugdjournaal

Slide 12 - Diapositive

Maak een samenvatting over hoofdstuk 2.3

Twee manieren: 
1. Met pen op het formulier
2. Op je laptop. Neem document over.

Klaar: maak de woordweb. Powerpoint mag je overslaan

 
 







Opdracht KWT

Slide 13 - Diapositive

  •  Lees de gele leerdoelen aan het begin van de paragraaf
  •  Je kijkt naar de titel, plaatjes en dik gedrukte woorden in de blauwe stukjes
  •  Lees het blauwe stukje tekst door
  • Maak er nu een eigen verhaal van, dit schrijf je hieronder op. (alle dik gedrukte woorden moeten terug komen in je samenvatting)
  • Het moet ongeveer zoveel tekst zijn als er lijntjes zijn








Hoe maak je een samenvatting voor M&M?

Slide 14 - Diapositive

bezet
Blitzkrieg
capitulatie
diplomatie
invasie

Slide 15 - Question de remorquage

Je weet nu best veel over de Tweede Wereldoorlog. Kijk goed naar onderstaande afbeeldingen en zet ze van links naar recht in de juiste volgorde van tijd. Begin met wat het eerst gebeurde.

Slide 16 - Question de remorquage

➤Combineer de onderstaande zinnen met het juiste land, door ze naar de vlaggen op de kaart te slepen.






Land dat werd veroverd tijdens de Blitzkrieg van mei 1940.
Dit land is nooit door de Duitsers veroverd. Dat kwam onder andere doordat de piloten van dit land zo dapper vochten.
De aanval op dit land werd door Duitsland Operatie Barbarossa genoemd.
Hier vielen de geallieerden op 6 juni 1944 aan.

Slide 17 - Question de remorquage

Kamp Auschwitz was een
A
Strafkamp
B
Doorvoerkamp
C
Concentratiekamp
D
Vernietigingskamp

Slide 18 - Quiz

Tijdens de Holocaust zijn alleen Joden vermoord
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quiz

De Nazi's startte de Holocaust door
A
Razzia's uit te voeren
B
Joden te deporteren
C
Joden te concentreren

Slide 20 - Quiz

Waar werden ouderen, kinderen en zwakke heen gestuurd?
A
Doorvoerkampen
B
Concentratiekampen
C
Vernietigingskampen

Slide 21 - Quiz

Razzia's - deporteren - concentratiekampen - vernietigingskampen
A
Dit is de juiste volgorde waarin de Holocaust plaatsvond
B
Dit is NIET de juiste volgorde waarin de Holocaust plaatsvond

Slide 22 - Quiz

Wat betekent collaboratie?
A
Verzetten tegen de bezetter
B
Meewerken met de bezetter
C
Niets doen

Slide 23 - Quiz

Operation d-day vindt plaats in Normandië
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quiz

D-Day was een keerpunt in de Tweede Wereldoorlog, want:
A
Toen kwamen geallieerde 200.000 soldaten aan land
B
Toen werden er bommen gegooid op Japan
C
Toen kwam de Sovjet-Unie het westen bevrijden
D
Toen kwamen de Amerikaanse soldaten in Amsterdam

Slide 25 - Quiz

Welke vraag is juist en welke onjuist? Sleep de antwoorden.
Juist
Onjuist
De Sovjet-Unie eiste een tweede front in Europa.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog viel China Nederlands-Indië aan.
Frankrijk capituleerde in juni 1940.
Japan viel Pearl Harbor aan in 1942.
Op D-day landden Amerikaanse, Canadese en Britse soldaten op de stranden  van Normandië.

Slide 26 - Question de remorquage

Zet in de juiste volgorde.
Zet wat eerst gebeurde bovenaan.
Zuid-Nederland wordt bevrijd
D-day wordt uitgevoerd door Amerika en Canada
Hongerwinter
Duitsland capituleerd

Slide 27 - Question de remorquage

Hieronder staan vier gebeurtenissen die te maken hebben met het einde van de Tweede Wereldoorlog.
Zet de gebeurtenissen in de juiste tijdsvolgorde.
Overgave van Japan.
D-day.
Overgave van Duitsland.
Atoombom op Hiroshima

Slide 28 - Question de remorquage

Sleep het begrip naar de juiste omschrijving.
Jodenhaat
Controle vooraf op radiozenders en kranten.
Mensen ongelijk behandelen.
De massamoord van de Nazis op de joden.
Mensen verschillend behandelen op basis van hun ras of afkomst.
Geweld gebruiken om mensen bang te maken.
Antisemitisme 
Censuur
Discriminatie 
Holocaust 
Racisme 
Terreur 

Slide 29 - Question de remorquage

Aan het werk.... 

Maak een mindmap over 4.1 en 4.2
- schrijf eerst alles op wat je weet
- vul aan met behulp van je boek

Klaar? Nakijken
timer
40:00

Slide 30 - Diapositive

Aan het werk.... 
Maak de toets- schrijf eerst alles op wat je weet
- vul aan met behulp van je boek

Of: oefentoets maken
timer
40:00

Slide 31 - Diapositive