Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
3.4 De regering regeert
Slide 1 - Diapositive
Wat gaan we doen
Herhalen vorige les
Begrippen
Uitleg, filmpjes en quiz vragen
Afsluiting
Slide 2 - Diapositive
Welke waarde hoort bij welke politieke stroming?
Gelijkwaardigheid
Naastenliefde
Economische vrijheid
SOCIALISTEN
CHRISTENDEMOCRATEN
LIBERALEN
Solidariteit
Persoonlijke vrijheid
Slide 3 - Question de remorquage
Liberale partij
'One-issue' partij
Populistische partij
Slide 4 - Question de remorquage
De overheid bestaat uit
A
Iedereen
B
Politici
C
Ministers en de koning
D
Politici en ambtenaren
Slide 5 - Quiz
Welke stelling(en) is/zijn juist? 1) Politici worden gekozen, ambtenaren solliciteren naar hun functie 2) Liberalen kan je vergelijken met Politiek links
A
1 is juist
2 is onjuist
B
1 is onjuist
2 is juist
C
1 & 2 zijn juist
D
1 & 2 zijn onjuist
Slide 6 - Quiz
Begrippen
overheid
regering
kabinet
koning
Slide 7 - Diapositive
Regering
Koning + ministers
Slide 8 - Diapositive
Kabinet
de ministers+ staatssecretarissen
Ook wel het dagelijks bestuur genoemd
Slide 9 - Diapositive
Kabinet
de ministers+ staatssecretarissen
De staatssecretarissen zijn een soort assistent-ministers. Zij zijn voor een deel verantwoordelijk voor de taken van de minister.
Slide 10 - Diapositive
Overheid
Kabinet
Regering
Politici en ambtenaren
Koning en ministers
Ministers en Staatssecretarissen
Slide 11 - Question de remorquage
Overheid
Politici + ambtenaren
Regering
Koning + ministers
Kabinet
Ministers + staatssecretarissen
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Deze man is...
A
Premier
B
Minister-president
C
Maatschappijleer docent
D
Leider van het kabinet
Slide 14 - Quiz
De minister-president
wordt ook wel premier genoemd
is de leider van het kabinet
is voorzitter als de ministers met elkaar vergaderen
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Vidéo
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Vidéo
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Vidéo
3.4 De regering regeert
Kunnen jullie nu
Benoemen welke personen gerekend worden tot: de overheid, regering en kabinet?