Thema 2a

Welkom!
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Welkom!

Slide 1 - Diapositive

Bedrijf
Vraag naar arbeid
Vacature
De arbeidsmarkt

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Bedrijf
Werkzoekende
Vraag naar arbeid
Aanbod van
arbeid
Vacature
De arbeidsmarkt

Slide 4 - Diapositive

Bedrijf
Werkzoekende
Vraag naar arbeid
Aanbod van
arbeid
Solliciteren
Vacature
De arbeidsmarkt

Slide 5 - Diapositive

Wat bedoelen we met de arbeidsmarkt?
A
Alle banen die er zijn bij bedrijven.
B
Alle mensen die werken of werk zoeken.
C
Alle mensen die werk zoeken.
D
Antwoord A en B samen.

Slide 6 - Quiz

Een baan waarvoor iemand wordt gezocht noem je een....
A
Opleiding
B
Sollicitatie
C
Vacature
D
Scholing

Slide 7 - Quiz

Voor welke baan heb je scholing nodig?
Scholing 
Geen scholing

Slide 8 - Question de remorquage

I: Voor geschoold werk heb je een diploma nodig.

II: Een vakkenvuller is een voorbeeld van ongeschoold werk.
A
1 is juist, 2 is juist
B
1 is juist, 2 is onjuist
C
2 is onjuist, 1 is juist
D
Beide antwoorden zijn onjuist

Slide 9 - Quiz

Ieder zijn eigen taak
  • Het werk bij een bedrijf is verdeeld in verschillende banen.
  • Dit heet arbeidsverdeling.
  • Bij arbeidsverdeling
  • Doet iedereen waar hij/zij goed in is.
  • Heeft iedereen zijn eigen specialisatie.

Slide 10 - Diapositive

Wat is arbeidsverdeling?
A
Elke werknemer doet evenveel werk.
B
Elke werknemer doet werk waar hij/zij goed in is.
C
Elke werknemer werkt evenveel uren.
D
Alle werknemers zijn goed in alles wat zij moeten doen.

Slide 11 - Quiz

Als je 24 uur wilt werken. Wat voor baan zoek je dan?
A
Deeltijdbaan
B
Voltijdbaan
C
Duobaan
D
Vrijwilligerswerk

Slide 12 - Quiz

Verschil tussen werkgever en werknemer

Werkgever = het bedrijf/de baas die jou betaalt voor het werk dat je doet

Werknemer = persoon die het werk uitvoert en daarvoor wordt betaald

Slide 13 - Diapositive

Wat is het verschil tussen werkgevers en werknemers?
A
Werknemers nemen mensen in dienst.
B
Werkgevers hebben mensen in loondienst
C
Werknemers werken in loondienst
D
Werkgevers nemen werk aan.

Slide 14 - Quiz

Vaste en tijdelijke baan
vaste baan: in je arbeidsovereenkomst staat géén einddatum
tijdelijke baan: er staat wél een einddatum in je contract

Slide 15 - Diapositive

Wat is het verschil tussen een vaste en tijdelijke baan?
A
Een vaste baan heeft geen einddatum in het contract staan. Een tijdelijke baan wel.
B
Een vaste baan heeft een einddatum in het contract staan. Een tijdelijke baan niet.
C
Als je een vaste baan hebt kun je geen ander werk doen.
D
Als je een tijdelijke baan hebt mag je nergens anders een vaste baan hebben.

Slide 16 - Quiz

Collectieve arbeidsovereenkomst
Afspraken in arbeidsovereenkomst:
- Werktijden/uren per week
- Functie 
- Salaris

Proeftijd: testperiode om te kijken of het werk jou bevalt en of je werkgever (= baas) tevreden over je is.


Slide 17 - Diapositive

Wat is een arbeidsovereenkomst?
A
Een groep bedrijven die hetzelfde doen
B
Werk bij een uitzendbureau
C
Een afspraak tussen werkgever en werknemer.
D
Een afspraak tussen klant en verkoper

Slide 18 - Quiz