Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
La durée de la leçon est: 90 min
Éléments de cette leçon
De Staten-Generaal bestaan uit:
A
alle gekozen volksvertegenwoordigers in Nederland
B
de Eerste en de Tweede Kamer
C
de volksvertegenwoordigers uit de Tweede Kamer
D
de regering en het parlement
Slide 1 - Quiz
Het parlement bestaat uit:
A
de koning en de ministers
B
de ministers en de staatssecretarissen.
C
de Eerste en de Tweede Kamer
D
alle gekozen volksvertegenwoordigers in Nederland
Slide 2 - Quiz
Tot de taken en bevoegdheden van de Tweede Kamer behoren: I. het stemmen over wetsvoorstellen. II. de controle van ministers en staatssecretarissen. III. het indienen van wetsvoorstellen
A
I is juist, II en III zijn onjuist
B
I en III zijn onjuist, II is juist
C
I, II en III zijn juist
D
I is juist, II en III zijn onjuist
Slide 3 - Quiz
Welke bewering is of welke beweringen zijn juist? Leden van de Eerste Kamer: I. hebben het budgetrecht. II. kunnen een wetsvoorstel aannemen of verwerpen. III. hebben meer mogelijkheden om de ministers te controleren dan de Tweede Kamerleden. IV. worden om de vier jaar gekozen.
Je kent het verschil tussen het kabinet en de regering
Je kan uitleggen hoe een regering tot stand komt
Je kan de taken van de koning benoemen
Slide 7 - Diapositive
De regering - Rutte IV - welke partijen?
Slide 8 - Diapositive
regering.tools.prodemos.nl
Slide 9 - Lien
Regering
Ministers en de koning
Kabinet
Ministers en staatssecretarissen
Slide 10 - Diapositive
Minister Kajsa Ollongren Minister van Defensie
Slide 11 - Diapositive
Staatssecretaris
Christophe van der Maat
Staatssecretaris van Defensie
Slide 12 - Diapositive
1. Wetgevend
2. Controleren van het kabinet
Vak K Ministers en staatssecretarissen
Slide 13 - Diapositive
Waarom een regering/kabinet?
Te lastig om met 150 mensen politiek te bedrijven
Dagelijks bestuur nodig
Trias politica
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Taken
De minister-president (premier) leidt het kabinet. Taken van het kabinet zijn:
Opstellen van wetsvoorstellen.
Uitvoeren van aangenomen wetsvoorstellen.
Leidinggeven aan hun ministerie.
Het jaarlijks opstellen van de rijksbegroting.
Slide 16 - Diapositive
Hoe komt het kabinet/de regering tot stand?
Slide 17 - Diapositive
Verkenner
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Gom van Strien (PVV - Eerste Kamerlid)
Ronald Plasterk (PvdA)
Slide 20 - Diapositive
De informatiefase
De Tweede Kamer kiest een informateur die onderzoekt welke partijen samen een meerderheid hebben en willen samenwerken en daarmee een coalitie/kabinet/regering vormen. Kan maanden tot een jaar in beslag nemen
De coalitiepartijen stellen een regeerakkoord op met daarin de plannen voor de komende jaren.
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Kim Putters
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Diapositive
De formatiefase
De formateur (meestal de toekomstige minister-president) zoekt naar geschikte ministers en staatssecretarissen.
Het aantal zetels dat een regeringspartij in de Tweede Kamer heeft, bepaalt vaak het aantal kabinetsleden dat een partij mag leveren.
Slide 25 - Diapositive
Soorten kabinetten
Meerderheidskabinet
Minderheidskabinet
Kabinet met gedoogsteun
Zakenkabinet
Extraparlementair kabinet
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Diapositive
Kabinetscrisis
Een kabinetscrisis kan ontstaan als:
kabinetsleden het structureel onderling niet eens zijn.
de Tweede Kamer zijn steun opzegt.
Meestal vervroegde verkiezingen
Demissionair kabinet --> zonder missie
Controversiële onderwerpen
Slide 28 - Diapositive
Wat doet de koning?
Slide 29 - Diapositive
Wat doet de koning?
Taken van de koning:
Handtekening onder wetten
Overleg met minister-president --> wekelijks
Land vertegenwoordigen bij staatsbezoeken
Ministers beëdigen
Troonrede voorlezen - Prinsjesdag
Ministeriële verantwoordelijkheid
Voorzitter Raad van State
De koning is wel staatshoofd, maar hij heeft geen macht.
Slide 30 - Diapositive
Hoe kan het dat de koning bijna geen macht heeft in nederlad ?
Grondwet van 1848!
Slide 31 - Diapositive
Prinsjesdag...
Prinsjesdag is altijd op de derde dinsdag in september. De vakantie is voorbij en het nieuwe werkjaar van de regering start.
Slide 32 - Diapositive
Slide 33 - Vidéo
Slide 34 - Vidéo
Slide 35 - Diapositive
Slide 36 - Vidéo
Huiswerk
Alleen lezen paragraaf 3.6 De regering regeert, lesboek bladzijdes 88 t/m 91