Water in Nederland - 7.4 Waterkwaliteit en waterkwantiteit

WATERWINNING
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 20 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

WATERWINNING

Slide 1 - Diapositive

WATERWINNING

Slide 2 - Diapositive

Je kunt de begrippen spaarbekken en zoetwaterzak uitleggen.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

LESDOELEN VANDAAG
  1. Je kan in je eigen woorden uitleggen wat de begrippen grijs water en brak water betekenen.
  2. Je kan uitleggen wat de verschillen zijn tussen organische- , chemische-, en thermische vervuiling.
  3. Je kan uitleggen hoe verdamping in kustgebieden van Nederland tot verzilting leidt.
  4. Je kan aangeven waarvoor Rijkswaterstaat verantwoordelijk is.
  5. Je kan de 4 taken noemen van waterschappen.
  6. Je kan uitleggen hoe verdamping tot verdroging leidt.

Slide 6 - Diapositive

Er worden 5 'soorten' water onderscheiden
H7.4: Waterkwaliteit en waterkwantiteit

Slide 7 - Diapositive

Grijs water, zwart water, brak water, proceswater en koelwater.
GRIJS WATER
Licht vervuild water

ZWART WATER
Zitten veel schadelijke bacteriën in.

Slide 8 - Diapositive

Grijs water, zwart water, brak water, proceswater en koelwater.
BRAK WATER
Mengsel van zoet en zout water, minder zout dan zeewater.

PROCESWATER
Water dat in landbouw, fabrieken en elektriciteitscentrales wordt gebruikt, maar niet verbruikt.

Slide 9 - Diapositive

Grijs water, zwart water, brak water, proceswater en koelwater.

KOELWATER
Water dat gebruikt wordt om machines af te koelen.

Slide 10 - Diapositive

Gebruik §7.3 en §7.4. Geef per zin het juiste soort water aan. Kies uit: Grijs water, zwart water, brak water, proceswater en koelwater. Gebruik alle opties één keer.
  1. Afvalwater van watergebruik in de keuken.
  2. Mengsel van zoet en zout water.
  3. Water waarmee groenten in een fabriek worden gewassen.
  4. Afvalwater van het toilet.
  5. Elektriciteitscentrales voeren dit warme water af naar rivieren.





Slide 11 - Diapositive

ANTWOORDEN
  1. Grijs water
  2. Brak water
  3. Proceswater
  4. Zwart water
  5. Koelwater





Slide 12 - Diapositive

afvalwater reiningen
  1. Organisch afvalwater
  2. Chemisch afvalwater
  3. Thermisch afvalwater 
  4. Landbouw
  5. Verzilting

Slide 13 - Diapositive

WATERSCHAPPEN - Regionale overheid die zorgt voor veiligheid, bevaarbaarheid, kwaliteit en kwantiteit (peil).

Slide 14 - Diapositive

Gebruik §7.4. Noteer A t/m D en geef telkens in maximaal 3 woorden aan welke taak van het waterschap wordt weergegeven. 
Kies uit:
Waterkwantiteit
Bevaarbaarheid Waterkwaliteit 
Veiligheid/waterkeringen

Slide 15 - Diapositive

ANTWOORD
A – Waterkwaliteit
B – Waterkwantiteit
C – Waterkeringen / veiligheid
D – Bevaarbaarheid


Slide 16 - Diapositive

VERZILTING IN NEDERLAND

Slide 17 - Diapositive

Je kan uitleggen hoe verdamping in kustgebieden van Nederland tot verzilting leidt.

Slide 18 - Diapositive

Gebruik §7.3, 7.4 en de kennis die je al hebt.
Noem:
  1. Een natuurlijke oorzaak voor verzilting in de zomer.
  2. Een menselijke oorzaak voor verzilting op lokale schaal.
  3. Een menselijke oorzaak voor verzilting op globale (wereldwijde) schaal.


Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive