Macaroni

Macaroni
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
KokenPraktijkonderwijsLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 11 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 135 min

Éléments de cette leçon

Macaroni

Slide 1 - Diapositive

Doel  van de les:
Waar let je vandaag op?
  • MACARONI MAKEN
  • VEILIGHEID
   - Gebruik kookplaten  
  • SAMENWERKEN
    - bespreek de taken (afwassen, afdrogen, schoonmaken/opruimen)
    - mét elkaar zorgen dat het lokaal weer netjes is

Slide 2 - Diapositive

Macaroni
Macaroni koken:

  • Kookpan vullen met water (helft) en beetje zout
  • Water koken -> welke stand?
  • Wanneer de macaroni in het water?
  • Hoe houd je de tijd bij?
  • Afgieten in een vergiet

Slide 3 - Diapositive

Saus
Saus maken:

  • Groenten snijden (kleine, gelijke blokjes)
  • Gehakt bakken
  • Wortel als eerste meebakken, daarna de rest van de groenten
  • Tomatenpuree erbij en goed door elkaar roeren 
  • Water toevoegen en weer goed roeren
  • Eventueel extra op smaak brengen

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

 Opmaak
  • Meng de macaroni door de saus
  • Schep op een bord wat je denkt te gaan eten
  • Strooi er wat geraspte kaas over

Eet smakelijk!

Slide 6 - Diapositive

Afwassen en schoonmaken

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Afwassen
  •  Veeg alle restjes van borden en pannen in het afvalbakje
  • Spoel alles voor onder koud stromend water
  • Maakt een stapel van alles wat afgewassen moet worden
  • Maakt een sopje van warm water met een beetje (!) afwasmiddel
  • Was alles netjes schoon
  • Zet alles wat afgewassen is in het druiprek
  • Maakt de wasbak schoon (alle spullen uit het putje!)
  • Spoel het sop weg

Slide 9 - Diapositive

Afdrogen
  • Droog alles netjes af  
  • Ruim alles wat droog is op
  • Maakt de wasbak en de kranen droog
  • Maakt de werkbank aan droog en schoon

Slide 10 - Diapositive

Schoonmaken
  •  Ruim alle droge materialen op de juiste plek op
  • Maak de werkbank aan de kant(en) van de kookplaat schoon en droog
  • Ruimt na afloop alle afwasspullen op (rek, borstel, stop, enz.) 
  • Veegt de werkplek schoon (ook stoffer & blik)

Slide 11 - Diapositive