Je kunt een korte tekst schrijven, waarbij je let op de kenmerken van een goede tekst.
Je kunt de tekst van een
ander controleren op de kenmerken van een goede tekst. Je kunt feedback geven.
Je werkt geconcentreerd aan de opdrachten.
Slide 5 - Diapositive
Stel je voor: je mag een schoolreisje voor je klas organiseren naar Toverland. De schoolleiding wil van jou weten wat dit gaat kosten. Je wilt natuurlijk de beste prijs betalen. Je wilt ook graag dat de klas een lunch aangeboden krijgt.
Daarom mail je naar meneer Gelissen, de directeur.
Schrijf/typ de tekst voor je mail. Stel jezelf eerst voor en vertel waarom je mailt.
Denk hierbij aan de kenmerken voor een goede tekst!
timer
10:00
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Je gaat feedback geven op de mail van je buurman of buurvrouw.
Je gebruik hiervoor het feedbackformulier.
Je kijkt naar ALLE kenmerken van een goede tekst. Als een onderdeel helemaal goed is uitgevoerd, geef je een compliment.
timer
5:00
Slide 8 - Diapositive
Wat: Lees de feedback die je hebt gekregen en pas je tekst aan.
Hoe: Zelfstandig.
Tijd: Tot het einde van de les.
Resultaat: Lever je werkblad volledig ingevuld in en misschien verdien je (maximaal) 1 punt extra voor je toets!