Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Europa
Slide 1 - Diapositive
Europa, één van de 7 werelddelen
Slide 2 - Diapositive
Europa
Slide 3 - Diapositive
Europa.
Europa is de naam van het werelddeel dat ten westen van Azië en ten noorden van Afrika ligt.
Het wordt eveneens begrensd door de Noordelijke IJszee en de Atlantische Oceaan. Het telde in 2005 ongeveer 731 miljoen inwoners: circa 11% van de totale wereldbevolking. Daarmee is het wat bevolking betreft het op drie na grootste continent.
Slide 4 - Question de remorquage
Slide 5 - Vidéo
Kenmerk Europa: veel gebergtes
Wat betreft oppervlakte is Europa het op één na kleinste werelddeel (na Australië)
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
51 landen
Slide 9 - Diapositive
Wat is je favoriete vakantieland in Europa?
Slide 10 - Question ouverte
Slide 11 - Diapositive
Goedendag!
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Europese Unie
Slide 15 - Carte mentale
Europese unie 27 landen
Slide 16 - Diapositive
19 officiële
eurolanden
Slide 17 - Diapositive
Dezelfde munteenheid maar ze zien er toch anders uit!
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Vidéo
1951
1957
1992
EGKS
EU
EEG
Slide 20 - Question de remorquage
Wie is de baas in de EU?
De Europese Commissie bestuurd de Europese Unie. Zij bedenken de wetten voor de EU.
Het Europees Parlement kijkt of deze wetten goed zijn en of deze worden uitgevoerd in EU-landen.
EU-burgers mogen het Europees Parlement kiezen.
Slide 21 - Diapositive
Schengenakkoord
In 1985 is in Schengen afgesproken dat in een aantal Europese landen de grenzen opengaan.
Door dat akkoord mogen mensen uit Spanje bijvoorbeed in Nederland stage lopen.
Slide 22 - Diapositive
Binnen- en Buitengrenzen
De EU heeft open binnengrenzen. Zo kunnen inwoners binnen de EU reizen en producten binnen de EU vervoeren.
De EU heeft gesloten buitengrenzen. Mensen buiten de EU hebben een speciale stempel of document nodig om de EU te mogen betreden. Dit heet een visum. Om producten van buiten de EU binnen de EU te krijgen, kost extra geld.
Slide 23 - Diapositive
Afspraken bij de grens
Aan de buitengrenzen van een land of groep landen worden mensen en goederen streng gecontroleerd.
Aan de binnengrenzen van de EU-landen wordt niet streng gecontroleerd.
In het Akkoord van Schengen werd dit door landen afgesproken. Tegenwoordig controleren landen hun grenzen toch weer strenger....
Slide 24 - Diapositive
Dagelijks bestuur van de EU.
A
Senaat
B
Tweede Kamer
C
Europese parlement
D
Europese commissie
Slide 25 - Quiz
Wat heeft iemand nodig die van een niet EU-land naar de EU wilt?
A
Visum
B
Asiel
C
Niks, hij/zij kan zo naar binnen
D
Niks, hij/zij kan niet naar de EU
Slide 26 - Quiz
Er zijn geen grenscontroles als je door de EU reist
A
Waar
B
Niet waar
Slide 27 - Quiz
Voordelen EU
Vrede
Vrije handel (wegvallen grenzen)
Versterking economie
Vrij reizen, wonen, werken en studeren in de lidstaten
Samenwerking
Nadelen EU
Bijdrage begroting EU
Bewegingsvrijheid is minder (regels EU boven land)