Les 1. Introductie BBKBGL

Training 1. Introductie
Training pvb onderdeel Dier 
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
GroenMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 3

Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Training 1. Introductie
Training pvb onderdeel Dier 

Slide 1 - Diapositive

Inhoud van de les 
* uitleg PVB trainingen 
* introductie les dier (theorie)
* praktijk les dier 

Slide 2 - Diapositive

PvB
Proeve van Bekwaamheid (Dier, plant/groen, koken, bloem) lrj 3

Examen telt mee voor overgang leerjaar 4
CSPE in het klein 

Toetsweek juni afname  (meerdere dagen)

Slide 3 - Diapositive

Introductie dier 
Twee trainingen: 
*voer (theorie)
*omgaan met dieren (praktijk)


Slide 4 - Diapositive

Dieren en hun voeding 
Drie soorten voereters: planteneters, alleseters en vleeseters.
Elk dier heeft een eigen rantsoen
Het rantsoen bestaat uit : 
krachtvoer (brokken) en/of ruwvoer (planten)


Slide 5 - Diapositive

Hoeveel voer geef je?
2 manieren van voeraanbod: 

Beperkt voeren (Afhankelijk van grootte, prestatie en leeftijd)
Onbeperkt voeren (afhankelijk van het diersoort)

Slide 6 - Diapositive

Beperkt voeren 
Kg/lg = per kilogram lichaamsgewicht 

Voorbeeld: 25 gram brokken per kg/lg 
(elke kilo dat het dier weegt, krijgt hij 25 gram brokken)

1 kilo lichaamsgewicht x 25 gram = 25 gram brokken
2 kilo lichaamsgewicht x 25 gram = 50 gram brokken
2,5 kilo lichaamsgewicht x 25 = 37,5 gram brokken

Slide 7 - Diapositive

Klassikaal. Oefenen! 
Een cavia krijgt 30 gram brokken per kg/lg. 

1. Hoeveel krijgt een cavia van 2 kilo?
2. Hoeveel krijgt een cavia van 1 kilo?
3. Hoeveel krijgt een cavia van 2,5 kilo? 
4. Hoeveel krijgt een cavia van 1,5 kilo?

Slide 8 - Diapositive

Klassikaal! Hoeveel voer?
Konijn 1.5 kg 
Konijn 4.2 kg 
Cavia 1000 gram 
Cavia 1200 gram 
Muis 80 gram 
Goudhamster 200 gram 

Slide 9 - Diapositive

Zelfstandig aan de slag 
Maak de opdrachten op het werkblad. 
Toon altijd je berekening.

Je mag je rekenmachine gebruiken. 

Slide 10 - Diapositive