presenteren

Presenteren.... kun je leren!
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Presenteren.... kun je leren!

Slide 1 - Diapositive

Ik vind presenteren spannend
A
Waar
B
Niet waar

Slide 2 - Quiz

Zoek de verschillen....
Je krijgt nu twee filmpjes te zien van personen die presenteren. Wat zijn verschillen tussen deze twee presentaties? 

Schrijf drie verschillen op.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Slide 5 - Vidéo

Welke verschillen kun je noemen?

Slide 6 - Carte mentale

Wat zijn valkuilen bij presenteren?

Slide 7 - Question ouverte

Een goede presentatie heeft een goede voorbereiding nodig. Hoe bereid jij je voor?

Slide 8 - Question ouverte

Voorbereiding 
  • Verzamel informatie. Gebruik de vragen die horen bij de opdracht! 
  • Opbouw: verdeel je materiaal over inleiding – middenstuk - slot
  • Bepaal welke hulpmiddelen je gebruikt (foto’s, andere afbeeldingen).
  • Schrijf de presentatie uit via een schema en leer de presentatie aan de hand van sleutelwoorden. (je mag een spiekbriefje met sleutelwoorden gebruiken)
  • Oefenen – oefenen - oefenen. 


















Slide 9 - Diapositive

Opbouw van een presentatie
  1. introductie
    jezelf voorstellen
  2. inleiding > aandacht van het publiek trekken
    introductie onderwerp,
    uitleg opbouw presentatie,
    doel van de presentatie

Slide 10 - Diapositive

Opbouw van een presentatie
3. middenstuk
informatie over onderwerp/deelonderwerpen
4. slot
samenvatting/conclusie
5.  afsluiting
publiek bedanken en gelegenheid voor vragen geven

Slide 11 - Diapositive

Wat is belangrijk aan je houding?

Slide 12 - Carte mentale

Houding
  • Sta met twee benen op de grond. 
  • Je knieën een beetje gebogen en niet op slot. 
  • Je armen langs je lichaam. 
  • Rug recht, schouders naar achteren. 
  • Ogen het publiek in. 

Slide 13 - Diapositive

In een presentatie gebruik je verbale en 
non-verbale communicatie 

Slide 14 - Diapositive

Wat is verbale communicatie?
A
Spreken
B
Spreken en luisteren
C
Met handen en voeten praten
D
Afbeeldingen gebruiken

Slide 15 - Quiz

Wat is een voorbeeld van non-verbale communicatie? (meerdere antwoorden mogelijk)
A
Tekens & Symbolen
B
Praten met handen en voeten
C
Lichaamshouding
D
Van je gezicht aflezen

Slide 16 - Quiz

Er mogen geen stiltes vallen tijdens mijn presentatie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quiz

Tips voor gebruik van PowerPoint, Prezi, Google presentaties:

  • Gebruik zo min mogelijk slides en zo min mogelijk tekst. Alleen de belangrijkste informatie staat op de slides.
  • Oefen de presentatie met de slides. 
  • Gebruik kleur/afbeeldingen voor duidelijkheid en nadruk en niet als versiering. 
  • Geen spelfouten

Slide 18 - Diapositive

Tips tijdens de presentatie
  • Spreek rustig en duidelijk. 
  • Kijk je publiek aan en kijk niet te vaak op je spiekbriefje. 
  • Voorkom veelvuldig gebruik van "zeg maar, je weet wel, eeeh, gewoon".
  • Zorg voor een logische indeling (inleiding- middenstuk- slot).
  • Denk aan een actieve spreekhouding.



Slide 19 - Diapositive

Oefenexamen
  • Ga naar opdracht 8 op blz. 177 in je werkboek (deel B).
  • Lees de situatie en de opdracht.
  • Maak vraag 8c. 
  • Bereid je presentatie voor door het spreekschema in te vullen op blz. 225 en een powerpointpresentatie te maken.
  • Geef aan elkaar de presentatie (in kleine groepen) en bespreek met elkaar het feedbackformulier op blz. 229.

Slide 20 - Diapositive

Examenopdracht spreken uitdelen

Slide 21 - Diapositive

Beoordeling
  • Inhoud
  • Structuur
  • Woord en ...
  • Digitale presentatie

Zie het feedbackformulier op blz. van werkboek B als indicatie voor de beoordeling.

Slide 22 - Diapositive