Rekenen Verhoudingen niveau 4

Rekenen Verhoudingen
niveau 4
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Rekenen Verhoudingen
niveau 4

Slide 1 - Diapositive

Wat is de kleinste verhouding van 6 : 21?
(antw .. : .. )

Slide 2 - Question ouverte

Uitleg vraag 1 
Wat is de kleinste verhouding van 6 : 21 ?
Antwoord:
Beide getallen zijn deelbaar door 3 dus
2 : 7

Slide 3 - Diapositive

Jelly Belly: 250 g voor € 6,95
Vraag: hoeveel betaal je voor
400 g Jelly Belly's? (..,.. euro)

Slide 4 - Question ouverte

          Uitleg vraag 2
       :250  x400
gram
250 g
1 g
400 g
6,95
11,12

Slide 5 - Diapositive

Hoeveel eurocent is een ei per stuk
voordeliger als je een doosje met
10 stuks koopt? (antw.: ... cent)

Slide 6 - Question ouverte

Uitleg vraag 3
Doosje 10 stuks: 1 ei kost € 1,70 : 10 = € 0,17
Doosje 6 stuks: 1 ei kost € 1,20 : 6 = € 0,20

Dus 3 cent goedkoper

Slide 7 - Diapositive

Hoeveel meter is de auto in
werkelijkheid? ( antw .,. meter)

Slide 8 - Question ouverte

Uitleg vraag 4
Antwoord: 20 x 18 = 360 cm = 3,6 m
tekening
1 cm
18 cm 
werkelijkheid
20 cm

Slide 9 - Diapositive

Wat is de schaal van het ontwerp?

schaal 1 : ?

Slide 10 - Question ouverte

Uitleg vraag 5
Antwoord:
10.000 cm : 40 = 250 cm dus schaal is 1 : 250
foto
40 cm
40 cm
1 cm
werkelijkheid
100 m
10.000 cm
?

Slide 11 - Diapositive