Dictee Alfa B 1.3

de telefoon
de telefon
Het kluisje
het kliusje
uit
De telefoon gaan

Zij belsist
Nodig
1 / 17
suivant
Slide 1: Question de remorquage
ISKVoortgezet speciaal onderwijs

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

de telefoon
de telefon
Het kluisje
het kliusje
uit
De telefoon gaan

Zij belsist
Nodig

Slide 1 - Question de remorquage

Vul het goede woord in:
Ze moet hem aan de ................ geven

Slide 2 - Question ouverte

Vul het goede woord in:
De ............... mag ook niet mee naar de WC.

Slide 3 - Question ouverte

Vul het goede woord in.
Telefoons mag je niet ............... in de klas.

Slide 4 - Question ouverte

Vul het goede woord in.
Vraag aan de docent of dat................

Slide 5 - Question ouverte

Maak het woord van de letters:
getru

Slide 6 - Question ouverte

Maak het woord van de letters:
iwj sebliunet

Slide 7 - Question ouverte

Maak het woord van de letters:
zknoee

Slide 8 - Question ouverte

Maak het woord van de letters:
ej ktgrji

Slide 9 - Question ouverte

Maak het woord van de letters:
ed cw

Slide 10 - Question ouverte

Wat is dit?

Slide 11 - Question ouverte

Wat doet hij?

Slide 12 - Question ouverte

Wat is dit?

Slide 13 - Question ouverte

Typ dictee woorden

Slide 14 - Carte mentale

Welk woorden zijn goed?
A
je kijrgt, wji besluiten
B
je krijgt, wij besluiten
C
je krijtg, wij besluitn
D
je krjigt, wi besluiten

Slide 15 - Quiz

Welke woorden zijn goed?
A
de cw, het kuisje, gevn
B
ed wc, het kluije, given
C
de wc, het kluisje, geven
D
de cw, kuilsje, gven.

Slide 16 - Quiz

Welke woorden zijn goed?
A
zij beslis, zoekn, ut
B
zj beslist, zeoken, iut
C
zij belsist, zoken, tui
D
zij beslist, zoeken, uit

Slide 17 - Quiz