paragraaf 3 + 4

1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Programma
herhaling paragraaf 3 + 4

Extra informatie paragraaf 3 + 4

Proefje

Zelfstandig aan de slag

Slide 2 - Diapositive

Bewust
Onbewust
Hartspier
Spieren in de huid
Spieren in de wand van de maag
Spieren waarmee je de arm buigt
Spieren waarmee je de vingers buigt
Spieren waarmee je een bal wegschopt

Slide 3 - Question de remorquage

Welke spieren zijn elkaars antagonisten?
Spier 1 en spier

Spier 2 en spier
3
4

Slide 4 - Question de remorquage

Spier pees
Spier
Spiervezel
Spiervezelbundel

Slide 5 - Question de remorquage

Blessures kunnen ontstaan door overbelasting
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quiz

Wat hoort er NIET bij om blessures te voorkomen?
A
Voldoende drinken
B
Goede Warming-up
C
Beschermende kleding
D
Conditie op peil houden

Slide 7 - Quiz

Spierpijn en blessures voorkom je door?
A
Warming-up
B
Rekoefeningen
C
Coolingdown
D
Alle drie de antwoorden

Slide 8 - Quiz

Kraakbeenweefsel of botweefsel?
kraakbeen
kraakbeen
bot
bot
bot

Slide 9 - Question de remorquage

sleep het juiste woord naar de juiste plaats in de zin
Hoe ouder je wordt hoe minder ..... er in je botten zit en hoe meer ..... er in je botten zit
Pasgeboren baby's hebben erg veel ..... in de botten en nog weinig ..... in de botten
lijmstof
kalk
lijmstof
kalk

Slide 10 - Question de remorquage

Wat is geen functie van het skelet?
A
Stevigheid
B
Bescherming tegen bacteriën
C
Maken van rode bloedcellen
D
Zorgen voor de vorm van het lichaam

Slide 11 - Quiz

gewrichtskapel
Bot
Kapselbanden
Bot
gewrichtssmeer
kraakbeenlaagje

Slide 12 - Question de remorquage

Mieke zegt: "ik heb een spier die nooit moe wordt." Wat voor een spier is dit?
A
Nee, spieren worden op een bepaald moment moe
B
Ja, dit is een hartspier
C
Nee, dit komt alleen bij insecten voor
D
Ja, dit is een skeletspier

Slide 13 - Quiz

Als je een spier ontspant, wordt de spier....
A
korter en dikker
B
langer en dunner
C
korter en dunner
D
langer en dikker

Slide 14 - Quiz

Kunnen spieren zonder het skelet?

Kan het skelet zonder spieren?
A
ja, ja
B
,ja, nee
C
nee, ja
D
nee, nee

Slide 15 - Quiz

Wat is de functie van gewrichtbanden?
A
soepel bewegen van het gewricht
B
houdt de 2 botten bij elkaar
C
zorgt voor extra stevigheid van het gewricht

Slide 16 - Quiz

Gewricht
A
Het zijn kraakbeenverbindingen. De meeste gewrichten zorgen ervoor dat botten t.o.v. elkaar kunnen bewegen.
B
Het zijn beenverbindingen. De meeste gewrichten zorgen ervoor dat botten niet kunnen bewegen.
C
Het zijn kraakbeenverbindingen. De meeste gewrichten zorgen ervoor dat botten t.o.v. elkaar kunnen bewegen.
D
Het zijn beenverbindingen. De meeste gewrichten zorgen ervoor dat botten t.o.v. elkaar kunnen bewegen.

Slide 17 - Quiz


 In de afbeelding is een gewricht getekend.
Welk gewricht?

A
Een heupgewricht.
B
Een kniegewricht.
C
Een schoudergewricht.
D
Een enkelgewricht.

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Vidéo

Slide 20 - Lien

Practicum
Spierballen meten

Maak eerst het werkplan en laat die door de docent controleren
Voer het proefje daarna uit.  


Ben je klaar? Ga aan het werk met afmaken paragraaf 3 + 4

Slide 21 - Diapositive