Begeleidingsstijlen

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 3

Het begeleiden van een student / inwerken nieuwe collega

Wat vind jij belangrijk bij het begeleiden van een nieuwe medewerker?

Hoe heb jij jouw inwerkperiode ervaren?

Methodisch begeleiden

Methodisch begeleiden wil zeggen dat je bewust kiest voor een passende begeleidingsstijl bij nieuwe medewerker of stagiaire.

• weet welke doelen je met je begeleiding wilt bereiken;
  
• inschatten in hoeverre de ander in staat en bereid is om uit te voeren wat je van hem verwacht.

Inschatten taakvolwassenheid

• Kan de medewerker de taak uitvoeren? (al ervaring met het uitvoeren van de taak?)
• Heeft hij genoeg kennis en inzicht? (genoeg vaardigheden/capaciteiten/vermogens?)
• Wil de medewerker de taak uitvoeren? (gemotiveerd, verantwoordelijkheid willen nemen, zelfvertrouwen?) 

Begeleidingsstijlen

Directieve (instructie)stijl: actief, richtinggevend en sterk controlerend.

Overtuigende stijl: op basis van gelijkwaardigheid.

Participerende stijl: de ander centraal stellen, betrokkenheid en oprechte belangstelling.

Delegerende stijl: verantwoordelijkheid bij de ander leggen. verwijzen naar regels en procedures.

valkuil 1: spontaniteit, betrokkenheid, initiatief en inbreng van eigen ideeën remt, frustraties.

valkuil 2: te overtuigend zijn en daardoor niet openstaan voor de ander of juist de ander te veel laten participeren.

Valkuil 3: kan leiden tot het vervagen van grenzen en verantwoordelijkheden

Valkuil 4: gevoel van afstandelijkheid en onpersoonlijkheid.

Doe de leerstijlentest Kolb

www.123test.com

Wat is eruit de leerstijlentest gekomen? Herken je jezelf erin?

In de communicatie wordt vaak gesproken over OMA thuislaten. Waar staat deze afkorting voor?

1. oorzaken, manieren en adviezen
2. opnames, moetjes en aanvullingen
3. oplossingen, maatregelen en aanwijzingen
4. oordelen, meningen en aannames of ongevraagde adviezen

Wat is communicatie?

1. Het gebruiken van taal
2. Het interpreteren van een boodschap
3. Het overbrengen van informatie van de een naar de ander
4. Het begrijpen van een boodschap

De arts hoort niet wat de verzorgende vraagt, omdat ze vlak bij een piepende monitor staat. Er is sprake van...

1. Een communicatieprobleem
2. Communicatieruis
3. Een communicatiestoornis

Had je dat niet wat subtieler aan kunnen pakken? is een

1. Suggestieve vraag
2. tegenvraag
3. Verduidelijkingsvraag
4. Confronterende vraag

Waarom vraag je dat? is een

1. Tegenvraag
2. Verduidelijkingsvraag

Een regel in de communicatie is dat je ANNA meeneemt in een goed gesprek. Waar staat de afkorting ANNA voor?

1. Altijd Noemen, Nooit Aanwijzen
2. Altijd Navragen, Niet zomaar Aannemen
3. Altijd Nemen, Niet Afgeven
4. Altijd Nagaan, Niet Afgaan