voca B en grammaire C herhaling havo 3

Salut  tout le monde, 

 Aujourd'hui vous faites les exercices :  voca B  et grammaire C   
Gebruik je boeken  wb page  125  en tb  blz 38 

Bonne chance 
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Salut  tout le monde, 

 Aujourd'hui vous faites les exercices :  voca B  et grammaire C   
Gebruik je boeken  wb page  125  en tb  blz 38 

Bonne chance 

Slide 1 - Diapositive

essayer
A
volgen
B
toelaten
C
lopen
D
proberen

Slide 2 - Quiz

de futur simple betekent in het Nederlands :

Slide 3 - Question ouverte

de uitgangen die je gebruikt in de futur komen van het werkwoord:
A
aller
B
être
C
avoir
D
faire

Slide 4 - Quiz

beantwoord in het Frans :
tu es en quelle classe?

Slide 5 - Question ouverte

de verkoopster
A
le vendeur
B
la vendeuse
C
le journaliste
D
la journaliste

Slide 6 - Quiz

wat zijn de stammen van être en avoir in de futur simple?

Slide 7 - Question ouverte

vous irez
A
u zult hebben
B
jullie zullen zijn
C
jullie gaan
D
jullie zullen gaan

Slide 8 - Quiz

beantwoord in het Frans :
Qu'est- ce que tu veux devenir plus tard?

Slide 9 - Question ouverte

s'amuser betekent:

Slide 10 - Question ouverte

nous nous amusons
A
wij kleden ons aan
B
jullie vermaken je
C
wij hebben ons vermaakt
D
wij vermaken ons

Slide 11 - Quiz

schrijf op in het Frans:
de agent en de verpleegster

Slide 12 - Question ouverte

ik zal hebben
A
je vais avoir
B
j'auras
C
j'aurais
D
j'aurai

Slide 13 - Quiz

mettre à l'aise
A
op zijn gemak stellen
B
toelaten
C
lopen
D
helpen

Slide 14 - Quiz

Je mets Pierre à l'aise
A
Pierre stelt mij op mijn gemak
B
Ik stel Pierre op zijn gemak

Slide 15 - Quiz

je hebt het rijtje van venir in chapitre 2 geleerd .
Schrijf het rijtje op in het Frans in de présent

Slide 16 - Question ouverte

s'habiller is een wederkerend werkwoord ( chapitre 1) .

Maak het rijtje van s'habiller in de présent

Slide 17 - Question ouverte

à cette époque
A
in die tijd
B
vroeger

Slide 18 - Quiz

avant
A
in die tijd
B
vroeger

Slide 19 - Quiz

Schrijf in het Frans:
Ik heet ... , ik ben .... jaar oud , ik woon in .... .
Ik zit in de derde klas en ik zal wiskunde kiezen.

Slide 20 - Question ouverte

je hebt nu geoefend met  woordjes en grammatica

 Ik kijk straks naar je resultaat .

je gaat nu verder werken aan   Chapitre 5  onderdeel B  Lire .

Mocht je  achter lopen  , dan moet je ook nog maken   
hoofdstukopening en  onderdeel A  écouter. 

Bonne chance 

Slide 21 - Diapositive