Dialect en sociolect




Karel en de Elegast
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec diapositives de texte et 8 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon




Karel en de Elegast

Slide 1 - Diapositive

Kort stuk voorlezen uit Karel ende Elegast.

Wie heeft er iets van begrepen?
Welke taal is dit?

Stukje vertellen over ridderverhalen en Middelnederlands.

Hebban olla vogala (ca. 1100)
Auteur "Karel ende Elegast" is onbekend, de tekst moet rond 1270 in Brabant zijn opgeschreven. Ridderverhalen Koning Arthur en Karel de Grote.

Slide 2 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Elegast sprac here gerne
Ic ben seker wel te voren
Dat eggeric heeft u doot gesworen
Ic hoordet hem seggen daer hi lach
Ooc gaf hi sinen wive enen slach
Dat sijt dorste anden
Dat haer dbloet te handen
T
Elegast sprac here gerne
Ic ben seker wel te voren
Dat eggeric heeft u doot gesworen
Ic hoordet hem seggen daer hi lach
Ooc gaf hi sinen wive enen slach
Dat sijt dorste anden
Dat haer dbloet te handen
Ter nase ende ter mont uut brac
Si rechte haer op ende stac
Haer anscijn over tbedde boom
Ic was daer ende nams goom
Ende croper liselike toe
In minen rechten hantscoe
Ontfinc ic dbloet van der vrouwen
DOe liet hijt den coninc scouwen

Slide 3 - Diapositive

Kun je hier iets van maken? Herken je woorden of denk je te weten wat er staat/waar het over gaat?

Nederlands toen heel anders. Maar wat is nu eigenlijk Nederlands?
Wat is Nederlands?

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Taal

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is taal?

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Taal
Taal is een systeem van tekens – zoals gesproken klanken, gebaren, of geschreven symbolen – waarvan de mens gebruikmaakt om zijn gedachten te articuleren, zijn wereld te ordenen en te communiceren. Talen kenmerken zich door grammaticale regels en een woordenschat.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Is Limburg een taal?
En Fries?

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dialect
Dialecten zijn taalvariëteiten die samenhangen met de
plaats waar iemand geboren en getogen is.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is dan Limburgs?
En versta je het?


Versta je het echt...???

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Het Limburgs
kent geen standaardvorm, maar valt uiteen in meerdere varianten. 

..Wat valt je op als je luistert naar de tekst van de volgende liedjes. Wat is anders dan jouw eigen dialect? Wat is hetzelfde?

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar gaat het volgende liedje over?

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Couplet 1:
Ich zat mich ‘ns op ein sjtupke
Zoat naeve Jüp, zoa richtig Zittesj tüp
Hae zag: “veer make same hiej plezeier,
Mit vastelaovend en veier glazer beier”,

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Couplet 2:
Lets tróf ich d’r Wiel oet Kirchroa
Wat dae mich zag, dat zegk ich häöm neet nao
“ Jung, sjnap dich mer ein hämfelsje confetti
Dan zalste zieè dan jeet alles jans paletti”

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leg de laatste regel van het refrein uit:


Elke sjtreek haet zoa zien eige taol
Mer veer versjtaon ós hiej allemaol !

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke talen/dialecten kent Nederland nog meer?


Zoek 3 nieuwe woorden uit 3 verschillende dialecten die gesproken worden in Nederland.

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Taal verandert

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Elegast antwoordde: ‘Wat ook geschiedt,
bij Keizer Karel komen doe ik niet.
Hij is zó kwaad, dat hij mij weg zou jagen,
omdat ik wat twee paarden kunnen dragen
eens van zijn schatten stal. Ik waag mij niet
bij nacht of dag, waar mij de Keizer ziet.’
En Karel zei: ‘Laat ik u dan voorstellen:
rijd rustig weer naar 't woud, naar uw gezellen.
En neem de hele buit maar met u mee;
die delen wij morgen wel met zijn twee.
Ik zal dan zelf de Keizer alles melden,
wat gij mij van dit vuige plan vertelde;
sloeg men hem dood, ik zou er zeer van lijden.’














Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Sociolect
taalvariant die afwijkt van de standaardtaal en die gebruikt wordt door een bepaalde sociale groep, bijvoorbeeld jongeren of hoogopgeleiden. 

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Boek blz. 94

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions