Chap 5.2 Grammaire oefenen

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Grammaire

Bloc 5C

Hoe maak je de accenten?

é  ê  è

Vertaal en gebruik de imparfait :

Het was

1-2

Vertaal en gebruik de imparfait :

hij danste

1-2

Vertaal en gebruik de imparfait :

ik maakte een grapje

1-2

Vertaal en gebruik de imparfait :

wij lachten  nous gebruiken

1-2

Vertaal en gebruik de imparfait :

zij hadden lol ils gebruiken

1-2

Vertaal en gebruik l' imparfait :

er waren

1-2

Grammaire

Bloc 5G

gebruik kleine letters en geen punten

Vertaal en gebruik le présent :

jij zet

1-2

Vertaal en gebruik le présent :

zij trekt aan

1-2

Vertaal en gebruik le présent :

ik trek aan

1-2

Vertaal en gebruik l' imparfait :

ik trok aan

1-2

Vertaal en gebruik l' imparfait :

jullie legden

1-2

Vertaal en gebruik le passé composé :

u hebt gelegd

1-2-3

Vertaal en gebruik le passé composé :

jij hebt aangetrokken

1-2-3

Grammaire

Bloc 5I

gebruik kleine letters en geen punten

Vertaal: denk aan de vorm / plaats van het bijvoeglijk naamwoord

het grote voordeel

Vertaal: denk aan de vorm / plaats van het bijvoeglijk naamwoord

de grote gemeente

Vertaal: denk aan de vorm / plaats van het bijvoeglijk naamwoord

het witte paard

Vertaal: denk aan de vorm / plaats van het bijvoeglijk naamwoord

de grote paarden

Vertaal: denk aan de vorm / plaats van het bijvoeglijk naamwoord

de mooie zanger

Vertaal: denk aan de vorm / plaats van het bijvoeglijk naamwoord

een belangrijke race

Vertaal: denk aan de vorm / plaats van het bijvoeglijk naamwoord

een geweldige songtekst

Vertaal: denk aan de vorm / plaats van het bijvoeglijk naamwoord

talentvolle teamgenoten

Vertaal: denk aan de vorm / plaats van het bijvoeglijk naamwoord

een mooie blije (tevreden) dochter