1.4 grenzen

1.4 grenzen
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

1.4 grenzen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan het werk!
1. Samenvatting afmaken
2. test jezelf 1.4 maken
klaar? Leren voor de toets 
opdrachten van 1.2t/m 1.4 maken als oefening
timer
10:00

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Grens
Territorium
Enclave
Exclave *
deel van een staat dat ruimtelijk gescheiden is van het belangrijkste deel van het land
denkbeeldige lijn die aangeeft tot hoe ver het grondgebied van een staat of land reikt
grondgebied van een staat inclusief territoriale wateren
deel van een staat dat geheel is omringd door het gebied van een andere staat

Slide 3 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep de zes onderstaande woorden naar de juiste plek in de kaart van Nederland:
kunstmatige grens
natuurlijke grens
Euregio
enclave
provinciegrens

Slide 4 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

9. Baarle Hertog is vanuit Nederland gezien een...
A
Enclave van België in Nederland
B
Exclave van België in Nederland
C
Enclave van Nederland in België
D
Exclave van Nederland in België

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Gebruik bron 9 (klik er op om te vergroten).
Welk begrip hoort er bij
dit dorp gezien vanuit
het land waar het politiek
gezien bij hoort?
A
Enclave
B
Exclave

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

kunstmatige grens
natuurlijke grens
open grens
geslotengrens

Slide 7 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Open grens

Gesloten grens

Slide 8 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Land
Staat
Volk of natie
Grondgebied met een bevolking
Bevolking met een gemeenschapplijke taal en cultuur
Autonoom, erkende grenzen met een politieke macht (gewelds- en belastingmonopolie

Slide 9 - Question de remorquage

GB is natie, bestaande uit 4 landen
Aan welke 3 voorwaarden moet een staat voldoen om een staat genoemd te mogen worden?

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een natiestaat?
A
Een land met nazi's
B
Een staat met meerdere naties
C
Een natie met meerdere volkeren
D
Een staat voor één eigen volk

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het verschil tussen een natiestaat en een staat?
A
Een staat maakt wetten en regels voor alle inwoners
B
Bij een natie zijn er meerdere naties die overheerstend zijn
C
Een natiestaat heeft niks te maken met ideeën, taal, normen
D
Een natiestaat is een dictatuur en een staat niet

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Natiestaat
In de staat leeft een minderheid met een eigen territorium
In verschillende staten woont een minderheid met banden met een andere staat. De minderheid woont verspreid in de staten.
Het volk (natie) is zo groot dat het niet in 1 staat leeft.
Het territorium valt in meerdere staten. In elke staat is het volk een minderheid. 

Slide 13 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

1.4 test jezelf maken
leerdoel A 1t/m 3
Leerdoel B  4t/m 6
Leerdoel C 7 t/m 8

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions