Begeleiden les 4 Z4B92A

Lesdoelen
Ik ken de verschillende werkbegeleiderstijlen en de bijbehorende kenmerken.
Ik weet hoe ik een leerdoel SMART formuleer.
Ik weet wat sterke en zwakke punten zijn van medestudenten m.b.t. werkbegeleiding geven.
Ik kan de 4 leerstijlen van KOLB benoemen.
Ik weet wat de opdracht voor volgende week is.
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Lesdoelen
Ik ken de verschillende werkbegeleiderstijlen en de bijbehorende kenmerken.
Ik weet hoe ik een leerdoel SMART formuleer.
Ik weet wat sterke en zwakke punten zijn van medestudenten m.b.t. werkbegeleiding geven.
Ik kan de 4 leerstijlen van KOLB benoemen.
Ik weet wat de opdracht voor volgende week is.

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Welk type werkbegeleider ben jij?
(volgens de test)
A
de helper
B
de kritische gediplomeerde
C
de docent
D
de collega

Slide 3 - Quiz

Kenmerken
De student heeft het goed bij jou en zal je waarderen om je grote hulpvaardigheid. Je vindt het waarschijnlijk leuk om leerlingen te begeleiden en investeert daar veel tijd en energie in.
Kwaliteiten
kan altijd bij je terecht met vragen, geeft adviezen, kunt je inleven in de studenten.

Valkuilen
teveel voor een student doen, zelf voor een groot deel verantwoordelijk voor haar leerproces, een student teveel uit handen neemt en hierdoor leermomenten onbenut laat, voor het probleemoplossend vermogen en het zelfstandig leren werken van een student is het goed dat ze af en toe zelf op onderzoek uit gaat (stimuleert ook zelfvertrouwen)

Slide 4 - Diapositive

Kenmerken
Je bent een ervaren beroepsbeoefenaar en hebt de student graag onder je hoede om die daarvan te laten profiteren. Je bent serieus en kundig in je werk en dat vraag je ook van studenten.    
Kwaliteiten
Je geeft zelf het goede voorbeeld en verwacht dat studenten daarvan leren door dit na te doen. Je kunt bij evaluaties goed aangeven waar de leerling staat in haar ontwikkeling naar beroepsbeoefenaar. 
Valkuilen
Een gevaar van deze houding is dat je de student afschrikt. Jij weet zoveel en zij nog maar zo weinig, dit kan faalangst oproepen. De student kan tegen je op kijken en zich heel klein en onzeker gaan voelen.  

Slide 5 - Diapositive

Kenmerken
De student voelt zich welkom bij je en ervaart je als een deskundige begeleider die z’n taak serieus neemt. Je vindt ook dat studenten goed begeleid moeten worden en ziet het als een taak van je om bij te dragen aan een optimaal leerklimaat. 
Kwaliteiten
student zelf dingen kan laten ontdekken en draagt  bij aan het probleemoplossend vermogen en zelfstandig leren van de student., wilt weten of de student bepaalde kennis beheerst en zal daar ook naar vragen, probeert van elke situatie een leermoment te maken voor de student en zelfs de persoonlijke leerdoelen vergeet je niet, leest graag verslagen van studenten door en geeft daarbij aan wat goed en fout is.
Ondersteunen en stimuleren bij reflecteren.
Doelen laat je schrijven door studenten zelf en controleer je op haalbaarheid.Je kunt collega's uitleggen hoe ze een student moeten begeleiden. 
Valkuilen
teveel gaat richten op de rol van student (de meeste zijn daarnaast ook nog werknemer en vinden het heerlijk als dusdanig gezien te worden).
Een student kan het storend gaan vinden om steeds “les” te krijgen en alles te moeten verantwoorden met doelen. Dat zou het leerplezier kunnen ontnemen. 

Slide 6 - Diapositive

Kenmerken
De studenten hebben het naar hun zin bij jou omdat je je gelijkwaardig opstelt en het belangrijk vindt dat een student zich thuis voelt in jullie team. 
Kwaliteiten
Je besteedt veel aandacht aan de eerste opvang en wilt dat de student zich welkom voelt.
Dit zal de studenten een veilig gevoel geven wat het leerproces ten goede komt.
Je ziet de student toch ook vooral als collega en werknemer.
Je kletst graag met elkaar over persoonlijke dingen want dat schept een band.
Je vindt het belangrijk dat de student steun bij jou of je collega’s vindt als zij het moeilijk heeft.
Je weet nog goed hoe het was om zelf leerling te zijn en kan je daardoor inleven in de student.
Je vindt het leerproces een eigen verantwoordelijkheid van de student. Qua begeleiding geef je de voorkeur aan samen werken met de student zodat zij op die manier ingewerkt wordt.
Je hebt respect voor onderlinge verschillen in een team qua persoonlijkheid en werkwijze, daarom zal je je ook niet zo kritisch uitlaten naar een student. 
Valkuilen
Een valkuil van deze houding is dat je de student teveel als werknemer ziet en zaken gaat verwachten die bij een nieuwe collega horen en niet bij een student. 
De zelfstandigheid en gelijkwaardigheid kan als een zware last ervaren worden omdat ze nog zoveel moeten leren. Jonge mensen (in opleiding) zijn zichzelf nog volop aan het ontwikkelen en zoekende naar wat bij hen past. Door uit te dragen wat jij als (gediplomeerd) beroepsbeoefenaar belangrijk vindt, kunnen ze hier over nadenken en een eigen visie gaan ontwikkelen. Deze mogelijkheid laat je onbenut als je je vooral als (gelijkwaardige) collega opstelt. 

Slide 7 - Diapositive

Waarom zouden de meesten: de docent als uitslag hebben?

Slide 8 - Question ouverte

Feedback??

Slide 9 - Diapositive

Ik geef feedback volgens de regels van feedback geven.
😒🙁😐🙂😃

Slide 10 - Sondage

Ik heb samen met de leerling minimaal 3 haalbare smart-doelen geformuleerd en heb een tijdspad van 20 weken opgesteld waarin de te behalen doelen zijn opgenomen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 11 - Sondage

Slide 12 - Diapositive

Maak SMART:
Ik geef feedback volgens de regels van feedback geven.

Slide 13 - Question ouverte

Sterkte- / zwakte analyse

Slide 14 - Diapositive

Wat weet je al over de leerstijlen van KOLB?

Slide 15 - Carte mentale

Slide 16 - Vidéo

Wat is jouw leerstijl?
https://www.123test.nl/leerstijl/
timer
5:00

Slide 17 - Diapositive

Wat is jouw leerstijl?
A
dromer
B
doener
C
denker
D
beslisser

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Diapositive

Evaluatie lesdoelen
Ik ken de verschillende werkbegeleiderstijlen en de bijbehorende kenmerken.
Ik weet hoe ik een leerdoel SMART formuleer.
Ik weet wat sterke en zwakke punten zijn van medestudenten m.b.t. werkbegeleiding geven.
Ik kan de 4 leerstijlen van KOLB benoemen.
Ik weet wat de opdracht voor volgende week is.

Slide 20 - Diapositive