Mavo 4 - Taalverzorging h4

Ik snap wanneer ik zij/haar, ik/mij, hij/hem gebruik.
Ja!
Nee :(
1 / 17
suivant
Slide 1: Sondage
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Ik snap wanneer ik zij/haar, ik/mij, hij/hem gebruik.
Ja!
Nee :(

Slide 1 - Sondage

Slide 2 - Vidéo

Hij zingt mooier dan/als haar/zij.
A
dan haar
B
dan zij
C
als haar
D
als zij

Slide 3 - Quiz

Chris krijgt net zo veel zakgeld
als/dan ik/mij.
A
als ik
B
als mij
C
dan ik
D
dan mij

Slide 4 - Quiz

Ik ben net zo klein dan/als jou/jij.
A
dan jou
B
dan jij
C
als jou
D
als jij

Slide 5 - Quiz

Herman heeft een grotere kamer [als|dan] [ik|mij].
A
als ik
B
als mij
C
dan ik
D
dan mij

Slide 6 - Quiz

Hij is even sterk .....[als / dan] ......... [haar / zij].
A
dan haar
B
als haar
C
dan zij
D
als zij

Slide 7 - Quiz

Josefiens broer gaat vaker naar de film als/dan haar/zij.
A
als haar
B
dan haar
C
als zij
D
dan zij

Slide 8 - Quiz

Krijgt hij een hoger punt als/dan ik/mij
A
Als ik
B
Dan ik
C
Als mij
D
Dan mij

Slide 9 - Quiz

Josefiens broer gaat vaker naar de film als / dan zij / haar
A
als zij
B
dan haar
C
als haar
D
dan zij

Slide 10 - Quiz

Jan kan sneller lopen dan/als ik/mij.
A
als ik
B
als mij
C
dan ik
D
dan mij

Slide 11 - Quiz

Hij (koppen) de bal beter (als/dan) jij. (v.t.)
A
kopde, als
B
kopte, als
C
kopde, dan
D
kopte, dan

Slide 12 - Quiz

Test h4 (blz. 156)
Opdr. 22 t/m 25

Slide 13 - Diapositive

22 a aardigheden
b baby's
c bureaus
d critici
e dia's
f huurders
g kaasschaven
h pc's
i sleeën
j toffees

23 a vermoedde, gestolen
b vergrootte, verwoeste
c winnende, verlangde

Slide 14 - Diapositive

24
stellende trap      vergrotende trap              overtreffende trap
schuin                       schuiner                              schuinst
doof                           dover                                     doofst
zuur                            zuurder                                 zuurst
kritisch                     kritischer                             meest kritisch
veel meer meest

Slide 15 - Diapositive

25 a dan wij
b als hij
c dan zij
d als jij

Slide 16 - Diapositive

Dit gaat goedkomen!
NEE :(

Slide 17 - Sondage