§4.3 De industriële samenleving

§3 De industriële samenleving
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 34 diapositives, avec diapositives de texte et 7 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

§3 De industriële samenleving

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen vandaag? 
- Welkom + dagopening
- Planning
- Herhaling §2
- Aan de slag met §3 + uitleg 
- Uitleg §4 
- Opdracht bij §4 
- Afsluiting

Slide 2 - Diapositive

§2 Van handwerk naar machine

Slide 3 - Diapositive



De industriële revolutie
1750-1850




Een belangrijk keerpunt in de wereldgeschiedenis.

Slide 4 - Diapositive


Stoommachine
Rond 1764 



  • Eerste werkende stoommachine van de industriële revolutie werd uitgevonden door Thomas Newcomen in 1712. Werd gebruikt om water uit kolenmijnen te pompen.
  • James Watt verbeterde de stoommachine zodat deze gebruikt kon worden om spin- en weefmachines aan te drijven.




Slide 5 - Diapositive

van kleinschalige handmatige productie...
... naar grootschalige machinale productie

Slide 6 - Diapositive

Oorzaken van de industrialisatie
  • Rond 1750 was Engeland een enorm rijk met veel kolonies.
  • Bevolkingsgroei doordat sterftecijfer daalde.
  • Agrarische revolutie (verbeteringen in de landbouw), 
  • Investeringen door rijke landeigenaren
  • Uitvinding van de stoommachine.
  • Verbeteringen in transport (stoomlocomotief).
  • Grote voorraden steenkool en ijzererts.

Slide 7 - Diapositive

Gevolgen van de industrialisatie
Verandering van een landbouw-stedelijke samenleving in een industriële samenleving.
  • Landbouw was niet langer belangrijkste middel van bestaan.
  • Huisnijverheid werd vervangen door massa productie
  • Urbanisatie: Landelijke gebieden veranderden in industriegebieden met grote, dichtbevolkte steden.
  • Infrastructuur: betere verbindingen over land en water (spoorwegen en kanalen).

Slide 8 - Diapositive

§3 De industriële samenleving

Slide 9 - Diapositive

Lees 'Werken in de eerste fabrieken'
Je doet dit STIL en voor jezelf!
Beantwoord daarna de volgende vraag: 

Wat zijn 6 nadelen aan het werken in een fabriek?

Slide 10 - Diapositive

Werk in de eerste fabrieken
  • Er zaten veel nadelen vast aan het leven van de fabrieksarbeiders: 
  • 1. Lage lonen; 
  • 2. Klagen = ontslagen
  • 3. Geen veiligheidsmaatregelen. 
  • Lawaai, smerig en ongezond. 

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Arbeiders wonen bij de fabriek
Philipsdorp 

Slide 13 - Diapositive

Lees 'wonen bij de fabriek'
  • Wat wordt er bedoelt met urbanisatie?
  • Wat wordt er bedoelt met infrastructuur?
  • Wat zijn 2 redenen waarom wonen bij een fabriek niet fijn was?

Slide 14 - Diapositive

3

Slide 15 - Vidéo

Slide 16 - Vidéo

Slide 17 - Vidéo

Lees twee werelden
wat zijn de 3 sociale lagen?
Wat zijn de verschillen in de manier van leven tussen de 3 sociale lagen?

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo







§4.4 Nederland in 1848

Slide 20 - Diapositive

Het koninkrijk Nederland
  • Willem I wil economie nieuw leven inblazen:
  • Kanalen graven + wegen aanleggen 
  • Spoorlijnen + stoommachines 

Slide 21 - Diapositive

Het koninkrijk Nederland
Hoe werd Nederland zoals het nu is : in 1830 scheiden de Belgen zich af

Slechte omstandigheden in Nederland -> liefdadigheid

Nog geen industrie in Nederland

Slide 22 - Diapositive

De liberalen
De koning ging vooral zijn eigen gang

De liberalen waren het hier niet mee eens en wilden een democratischer bestuur

Zij geloofden in de ideeën van de Franse Revolutie

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Lien

Slide 25 - Vidéo

Liberalen
  • Kiesrecht voor zij die belasting betalen
  • "Langzaam uitbreiden"
  • --> conflict binnen de liberalen
  • Vrouwen niet

Slide 26 - Diapositive

Liberalen
  • Rijke burgers en industriëlen zijn liberaal: hogere winsten zonder sociale wetten
  • Dankzij censuskiesrecht is ook de regering liberaal: inkomen bepaald stemrecht
  • Gevolg: rijken stemmen op liberalen
  • Gevolg: géén sociale wetgeving

Slide 27 - Diapositive


Wat veranderde er met de grondwet van 1848?

Slide 28 - Diapositive

De grondwet van 1848.
  • Willem II werd koning.
  • Meer aanhangers voor het liberalisme.
  • Protesten in Nederland.
  • Thorbecke.
  • De grondwet van 1848.

Slide 29 - Diapositive

De grondwet van 1848

Slide 30 - Diapositive

De grondwet van 1848
1848 revoluties in heel Europa -> koning Willem II wil niet dat deze overslaan naar Nederland

Nieuwe grondwet -> Wat verandert hierdoor?

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Vidéo

Slide 33 - Vidéo

Aan de slag! Bronopdracht §4
Opdracht in tweetal
Maak vraag 1 t/m 4 
15 min. 
Hierna klassikaal bespreken

timer
15:00

Slide 34 - Diapositive