Klas 2- LES ANIMAUX

SALUT
BONJOUR
TOUT LE MONDE!
💗
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolmavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

SALUT
BONJOUR
TOUT LE MONDE!
💗

Slide 1 - Diapositive

Aujourd'hui
Lesdoelen 

* Aan het einde van de les kun je jouw lievelingsdier beschrijven

Slide 2 - Diapositive

Planning
  • Huiswerk bespreken
  • Leestekst opdracht en bespreking
  • Knip en schrijf werk voor memory en leerspel 
  • Spel in groepjes
  • Verder met werkbladen
  • Afsluiting 

Slide 3 - Diapositive

Opdracht
  1. Lees eerst zelf de tekst in je groep
  2. Omcirkel de woorden die je KENT, onderstreep de woorden die NIET KENT
  3. Vergelijk met elkaar wat je hebt onderstreept en omcirkeld
  4. Probeer samen de tekst te vertalen
  5. Denk aan je eigen lievelingsdier ( in het Frans)
  6. Delen in de klas (klassikaal) 

Slide 4 - Diapositive

Opdracht kaartjes:
  1. Knip de kaarten van beide vellen
  2. Speel binnen het groepje een memoryspel
  3. Speel 2 rondes (na ronde 2 winnaar= prijs)
  4. Maak nu flitskaarten van de kaartjes
  5. Leer samen de dieren aan de hand van de flitskaartjes
  6. Klaar= verder met de werkbladen!
timer
10:00

Slide 5 - Diapositive

Uiterlijk/Lichaam (Frans)

Slide 6 - Carte mentale

Lichaamsdelen

Slide 7 - Diapositive

n😉uasc
NU: 

Beschrijf jouw uiterlijk aan de hand van de vorige dia aan elkaar. Doe het daarna in de klas
- Duo
-5 minuten

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Welke kledingstukken onthouden?

Slide 12 - Carte mentale

Mots importants pour la description (belangrijkste woorden)
porter =dragen
Je porte un pantalon bleu /un jean
aimer= houden van
les cheveux =het haar 
les yeux =de ogen


Slide 13 - Diapositive

Le verbe porter (het werkwoord dragen)
Leren en noteren in cahier de notes
Je porte : ik draag
Tu portes: jij draagt
Il/elle/on porte: hij/zij/men draagt
Nous portons: wij dragen
Vous portez: jullie dragen/u draagt
Ils portent: zij dragen

Slide 14 - Diapositive

Ik draag ( je porte...)
  • Je porte un pull/ un t-shirt ( ik draag een trui/een t-shirt) 
  • Je porte une veste (ik draag een jas)
  • Je porte des chaussures blancs (ik draag witte schoenen)
  • Je porte des lunettes (ik draag een bril)
  • Je porte un jean/un pantalon gris(ik draag een grijze jeans)
  • Je porte une jupe rose  (ik draag een roze rok)
  • Je porte une robe noir (ik draag een zwarte jurk)

Slide 15 - Diapositive

Beschrijf dit meisje in het Frans

Slide 16 - Question ouverte

Opdracht voor de volgende les
(Je begint hier in de les al aan en lever het de volgende les in) 
-Wat: poster over jezelf
-Hoe: 
  • Je tekent jezelf en zet pijltjes
  • Achter de pijltjes noteer je de lichaamsdelen in het Frans
  • Je noteert wat je aanhebt en welke kleur dit heeft
  • Je zorgt voor een aantrekkelijke lay-out

Slide 17 - Diapositive

1. Wat geleerd deze les?
2. Wat ging goed?
3. Wat kon beter?

Slide 18 - Question ouverte

Geef een beschrijving van jezelf.
4 zinnen.

Slide 19 - Question ouverte