H16 Beroepshouding

• sociale vaardigheden
• MBO
• Studiejaar 1

Beroepshouding

Maak de zin af:
De beroepshouding is ...

Leg in je eigen woorden uit wat de beroepscode is.

Geef aan welke waarde van een beroepshouding bij de volgende omschrijvingen hoort:

Als verpleegkundige behoor je eerlijk, oprecht en betrouwbaar te zijn. Je gedrag moet passen bij jouw woorden.

1. Betrokkenheid
2. Integriteit
3. Niet schaden
4. Respect

Het is nodig dat je je als verpleegkundige verbonden voelt met je werk en met de zorgvragers waarmee je werkt.

1. Respect
2. Integriteit
3. Betrokkenheid
4. Niet schaden

Als verpleegkundige moet je zorgvragers gelijkwaardig behandelen en bovendien billijk handelen.

1. Rechtvaardigheid
2. Respect
3. Betrokkenheid
4. Zelfbeschikking

Als verpleegkundige laat je de ander in zijn waarde en dringt hem jouw waarden en normen niet op.

1. Zelfbeschikking
2. Respect
3. Betrokkenheid
4. Niet schaden

Als verpleegkundige handel je zorgvuldig ten opzichte van de zorgvrager. Zijn welzijn en gezondheid is jouw doel.

1. Betrokkenheid
2. Zelfbeschikking
3. Respect
4. Niet schaden

Als verpleegkundige informeer je je zorgvrager over de zorg of begeleiding die je geeft.

1. Respect
2. Betrokkenheid
3. Zelfbeschikking
4. Respect

Als je de zorgvrager zorg tegen zijn zin opdringt, is dat een ernstige schending van de beroepscode. Leg uit waarom.

Als verpleegkundige kun je niet vrij je houding en gedrag kiezen. Leg uit met een voorbeeld.

Basis voor de beroepshouding is dat je de zorgvrager als gelijkwaardig medemens beschouwt en zijn waardigheiden eigen verantwoordelijkheid als uitgangspunt neemt. Leg uit wat ik hiermee bedoel.

Geef aan welke uitspraak over respect tonen NIET waar is.

1. Je laat een ander in zijn waarde, ook als dat niet aansluit bij jouw eigen normen en waarden
2. Het is belangrijk dat je collega's en jij dezelfde grenzen hebben om je werk goed uit te kunnen voeren.
3. Een zorgvrager kun je alleen beïnvloeden als hij voor jou openstaat. respect is daarbij een voorwaarde.
4. Respectvol met anderen omgaan blijkt uit hoe jij jouw eigen grenzen aangeeft.

Waarom is het belangrijk om empatisch te reageren op zorgvragers?

Hoe kun jij jouw inlevingsvermogen vergroten?

Geef aan of de volgende stellingen waar zijn of niet. 

Echtheid en spontaniteit betekenen in grote lijnen hetzelfde.

1. waar
2. niet waar

Echtheid vereist dat je je kwetsbaar durft op te stellen.

1. waar
2. niet waar

Vooral oudere mensen hebben géén moeite om hun eigen gevoelens en emoties te erkennen en hier eerlijk mee om te gaan.

1. waar
2. niet waar

Bij echtheid is er overeenstemming tussen je innerlijke belevigswereld en je uiterlijke gedrag.

1. waar
2. niet waar

Een zorgvrager voelt een onechte houding vaak aan.

1. waar
2. niet waar

Ieder mens is verantwoordelijk voor zijn eigen gedrag.
Wat wordt er met deze uitspraak bedoeld?

Is er voor jou een verschil tussen verantwoordelijk zijn en je verantwoordelijk voelen? Leg uit