12./13. Mai: Thema Essen und Wdh Verben

12. / 13. Mai
Doel van de les:  Je kunt in het Duits over eten praten en schrijven. 

Opbouw van de les: Eerst herhaal je de woorden uit ht huiswerk en de uitgangen van de werkwoorden. Dan maak je oefeningen in ons online boek over de werkwoorden en de woordenschat. Op het einde vertel je wat je graag eet. 

Wat heb je nodig? Deze presentatie, je werkboek, de online versie van ons boek , een blaadje en een pen
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

12. / 13. Mai
Doel van de les:  Je kunt in het Duits over eten praten en schrijven. 

Opbouw van de les: Eerst herhaal je de woorden uit ht huiswerk en de uitgangen van de werkwoorden. Dan maak je oefeningen in ons online boek over de werkwoorden en de woordenschat. Op het einde vertel je wat je graag eet. 

Wat heb je nodig? Deze presentatie, je werkboek, de online versie van ons boek , een blaadje en een pen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wiederholung: Wortschatz
Als Hausaufgabe habt ihr die Lernliste DI zum Thema "Essen" gelernt! 

Aufgabe: Sieh dir das Bild auf der folgenden Slide an. Notiere in 150 Sekunden so viele Wörter zum Thema Essen wie möglich. Natürlich auf Deutsch. Benutze dein Arbeitsbuch, Seite 214-215. 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
2:30

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Notiere alle Dinge, die du auf dem Bild gesehen hast!

Slide 4 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Person
wohnen
reden
heißen
ich
wohn e
red e
heiß e
du
wohn st
red est
heiß t
er/sie/es
wohn t
red et
heiß t 
wir
wohn en
red en
heiß en
ihr
wohn t
red et
 heiß t
sie/Sie
wohn en
red en
heiß en

Slide 5 - Diapositive

Wiederholung: Verbendungen
Wiederholung: Verben 
Tegenwoordige tijd: 
Ik woon in Zoetermeer. --> Ich wohne in Zoetermeer. 
Mijn moeder werkt in Den Haag. --> Meine Mutter arbeitet in Den Haag. 

Verleden tijd (voltooid deelwoord): 
Ik heb in Zoetermeer gewoond. --> Ich habe in Zoetermeer gewohnt
Mijn moeder heeft in Den Haag gewerkt. --> Meine Mutter hat in Den Haag gearbeitet

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Üben, üben, üben
Mache in deinem Arbeitsbuch auf Seite 155-157 die folgenden Aufgaben: 7+9+11+12

Du hast 20 Minuten Zeit. Danach besprechen wir die Aufgaben! 


timer
20:00

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Üben: Wortschatz
Mache jetzt online die folgenden Aufgaben:
Kapitel 3, D Sprechen Aufgabe 17+18 
Du hast 12 Minuten Zeit!

timer
12:00

Slide 8 - Diapositive

SuS danach zurückkommen lassen. 
Notiere, was du heute
essen willst!

Slide 9 - Carte mentale

Abschluss
Hausaufgabe
1. Lerne auf WRTS die folgenden Wörter:
- Hoofdstuk 3.0 Kapitel 3 DII + DIII
(oder im Arbeitsbuch: Seite 214-215)

2. Wiederhole im Arbeitsbuch, Seite 210: C Grammatik


Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions