Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 80 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Vandaag...
Leerdoelen §3.1 (5 minuten)
Samenvattende vragen §3.1 Hoe ga jij geld verdienen? (15 min)
Uitleg (15 min)
Zelfstandig werken (20 min)
Afsluiten (5 min)
Slide 2 - Diapositive
Leerdoelen, aan het einde van de les kun je...
Het verschil uitleggen tussen een werkgever en een werknemer.
Gegevens uit een staafdiagram aflezen en een staafdiagramtekenen.
Uitleggen wat er in een arbeidsovereenkomst staat en wat een proeftijd is.
Uitleggen wat een cao is en voor wie een cao geldt.
Met gegeven informatie het nettoloonberekenen.
Slide 3 - Diapositive
Samenvattende vragen 3.1
Wat? Samenvattende vragen §3.1
Hoe? Zelfstandig & in stilte
Hulp? Vraag het aan de docent!
Tijd? 15 minuten
Klaar?Verder met de opdrachten van §3.1
uit je boek.
Daarna? Nakijken!
timer
10:00
Slide 4 - Diapositive
Hoofdstuk 3 - Aan het werk!
Slide 5 - Diapositive
Eigen baas of loondienst?
Slide 6 - Diapositive
Werkgever en werknemer?
Een werkgever heeft een of meer personen in dienst en betaalt aan hen loon.
Een werknemer is in loondienst van een werkgever.
In Nederland werken de meeste mensen in loondienst.
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Wat spreek je af?
Als een bedrijf een baan heeft waarvoor het iemand zoekt, is er een vacature.
Als die vacature jou wat lijkt, dan kun je erop solliciteren en als je wordt aangenomen sluit je samen met je werkgever een arbeidsovereenkomst. Het gesprek wat je hiervoor voert heet een sollicitatiegesprek.
In een arbeidsovereenkomst staan verschillende arbeidsvoorwaarden, zoals:
Hoeveel uur je per week werkt
Het loon dat je gaat verdienen
Hoeveel vakantiedagen je hebt.
Meestal spreek je eerst een proeftijd af. Tijdens de proeftijd kijken zowel de werkgever als de werknemer of het bedrijf en het werk bij hem of haar past.
Een proeftijd mag niet langer duren dan 2 maanden.
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Vidéo
Wat verdien je?
In je arbeidsovereenkomst staat je brutoloon. Dat is het loon dat je met je werkgever afgesproken hebt en waarop nog niets is ingehouden.
Van brutoloon gaat nog geld af voor loonbelasting en sociale premies.
Deze inhoudingen op het brutoloon moet de werkgever aan de overheid betalen.
De inhoudingen gebruikt de overheid om bijvoorbeeld de uitkeringen voor werkloosheid en arbeidsongeschiktheid te betalen.
Als inhoudingen van het brutoloon af zijn, dan blijft het nettoloon over.
Slide 11 - Diapositive
Wat verdien je? (2)
Nettoloon berekenen:
Formule: nettoloon = brutoloon - inhoudingen
Inhoudingen = sociale premies + loonbelasting
Bijvoorbeeld: Je brutoloon is € 1.950. Daarop wordt € 170 aan loonbelasting ingehouden en € 94 aan sociale premies.
Bereken het Nettoloon.
Slide 12 - Diapositive
Afspraken voor alle werknemers
De meeste arbeidsvoorwaarden liggen al vast. Iedereen met dezelfde leeftijd en werk krijgt hetzelfde loon bijvoorbeeld.
Een groep soortgelijke bedrijven noem je een bedrijfstak.
Afspraken over arbeidsvoorwaarden voor een bedrijfstak staan in een cao, voluit: Collectieve Arbeidsovereenkomst.
Grote bedrijven, zoals Philips en KLM hebben vaak een eigen cao.
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Vidéo
Zelfstandig werken!
Wat? Opdrachten §3.1 & Samenvattende vragen §3.1
Hoe? Zelfstandig & in stilte
Hulp? Vraag het aan de docent!
Tijd? Tot 5 minuten vóór einde van de les.
Klaar? Nakijken!
Slide 15 - Diapositive
Wat heb je geleerd?
Wat heb je geleerd?
Slide 16 - Diapositive
Pak je laptop erbij!
Slide 17 - Diapositive
Pak je laptop erbij!
Slide 18 - Diapositive
Welk beroep wil je later gaan uitoefenen?
Sporter
Boer
Kapper
Eigen baas
Politie
Slide 19 - Sondage
Een grafiek met staven
Bij economie maak je regelmatig gebruik van een grafiek.
In een grafiek kun je in één oogopslag gegevens aflezen.
Een staafdiagram laat met de hoogte of lengte van de staaf een hoeveelheid zien.
Slide 20 - Diapositive
Nettoloon =
A
brutoloon - (loonbelasting + sociale premies)
B
brutoloon - loonbelasting
C
brutoloon - sociale premies
D
brutoloon
Slide 21 - Quiz
Bereken het brutoloon: Loonheffing: €800, pensioenpremie: €150. nettoloon €2.050