Deze moet je bijvoorbeeld WEL uit je hoofd kennen!
H2O2
NO3
NH3
NH4
PO4
HAc
Ammoniak
Fosfaat
Azijnzuur
Ammonium
Nitraat
Waterstofperoxide
Natronloog
1 / 33
suivant
Slide 1: Question de remorquage
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4
Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
NaOH
Deze moet je bijvoorbeeld WEL uit je hoofd kennen!
H2O2
NO3
NH3
NH4
PO4
HAc
Ammoniak
Fosfaat
Azijnzuur
Ammonium
Nitraat
Waterstofperoxide
Natronloog
Slide 1 - Question de remorquage
Welke stoffen ontstaan er bij volledige verbranding?
A
CO2 en H2O
B
C en CO
C
CO en H2O
D
C CO en CO2
Slide 2 - Quiz
Welke stof heb je altijd als beginproduct nodig voor verbranding?
A
Zuurstof
B
Koolstof
C
Waterstof
Slide 3 - Quiz
Schrijf de kloppende verbrandings-reactie op van methaan (CH4)
Let op: dit MOET je echt kunnen dromen
De begin- en eindproducten van verbranding moet je kunnen dromen!
Slide 4 - Question ouverte
Hoeveel gram koolstofdioxide ontstaat er bij de volledige verbranding van 15- gram methaan? (CH4)
Slide 5 - Question ouverte
Hoe stel je een brander in zodat je een kleurloze vlam krijgt?
Slide 6 - Question ouverte
Wat geeft deze grafiek aan?
A
kookpunt
B
smelttraject
C
kooktraject
D
smeltpunt
Slide 7 - Quiz
Wat laat deze grafiek zien?
A
smelttraject
B
stolpunt
C
stoltraject
D
smeltpunt
Slide 8 - Quiz
Stofeigenschappen zijn:
A
geur,kleur,massa,
B
fase,geur,kleur
C
kookpunt,smeltpunt,
kleur
D
fase,geur,smaak
Slide 9 - Quiz
Wat is geen stofeigenschap?
A
Kleur
B
Fase bij kamertemperatuur
C
Corrosiebestendigheid
D
Massa
Slide 10 - Quiz
als je filtreert maak je gebruik van een verschil in een stofeigenschap. Welke is dit?
Slide 11 - Question ouverte
als je indampt maak je gebruik van een verschil in een stofeigenschap. Welke is dit?
Slide 12 - Question ouverte
Hoe heet een mengsel van 2 metalen?
Slide 13 - Question ouverte
welke scheidingsmethode heb je nodig om zand en water te scheiden?
A
indampen
B
filteren
C
extraheren
Slide 14 - Quiz
welke scheidingsmethode heb je nodig om suiker uit suikerbieten te halen?
A
indampen
B
filtreren
C
extraheren
Slide 15 - Quiz
Hoe heet de scheidingsmethode waarbij je actieve koolstof gebruikt?
Slide 16 - Question ouverte
hoe heet het mengsel van een vloeistof om een gas heen
A
schuim
B
nevel/mist
C
rook
Slide 17 - Quiz
Waar bevindt het filtraat zich na het filtreren?
A
in het filter
B
in de reageerbuis of erlenmeyer
Slide 18 - Quiz
Waar bevindt het residu zich na het destilleren?
A
in de destillatiekolf
B
in de condensatiekoeler
C
in de erlenmeyer
Slide 19 - Quiz
Maak de reactievergelijking kloppend: C5H12 + .... O2 --> 5 CO2 + 6 H20
A
5
B
6
C
7
D
8
Slide 20 - Quiz
Met welk reagens kan je koolstofdioxide aantonen?
Slide 21 - Question ouverte
schrijf de reactievergelijking op van de volledige verbranding van propaan (C3H8)
Slide 22 - Question ouverte
Magnesium en zuurstof reageren met elkaar in een massaverhouding van 3 : 2. Je laat 12 gram magnesium reageren met 9 gram zuurstof. Welke stof is dan in overmaat aanwezig?
A
Magnesium
B
Zuurstof
Slide 23 - Quiz
Wat is de formule van de ijzerionen in Fe2O3?
A
Fe2−
B
Fe2+
C
Fe3−
D
Fe3+
Slide 24 - Quiz
In het afvalwater van een fabriek worden opgeloste Ca2+-ionen aangetroffen. Deze kunnen uit het water worden verwijderd door middel van een neerslagreactie met een oplossing van een zout. Welk zout is daarvoor geschikt?
A
ammoniumnitraat
B
bariumcarbonaat
C
kaliumfosfaat
D
koperbromide
Slide 25 - Quiz
Aan een oplossing van bariumnitraat voeg je een oplossing van natriumjodide toe. Ontstaat er een neerslag? Leg je antwoord uit.
Slide 26 - Question ouverte
Wat is de formule van koper(I)chloride? (Kruisregel en Binas)
A
CuCl
B
Cu2Cl
C
CuCl2
D
Cu2Cl2
Slide 27 - Quiz
Als je een vaste stof in water doet, en het mengsel geeft een heldere vloeistof, hoe noem je het mengsel dan?
A
Oplossing
B
Suspensie
C
Water
D
Emulsie
Slide 28 - Quiz
Hoe heet een stof die de reactie wel versneld, maar niet meedoet aan de reactie?
A
Katalysator
B
Emulgator
C
Transistor
D
Extractor
Slide 29 - Quiz
Bereken het massapercentage waterstof in C3H8
Slide 30 - Question ouverte
Geef de notatie van de zure oplossing zwavelzuuroplossing
Slide 31 - Question ouverte
Welke vier basen moet je kennen en wat is daar de formule van?
Slide 32 - Question ouverte
Geef de reactievergelijking van de zuur-base reactie van zoutzuur en natronloog