Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Signaalworden
Slide 1 - Diapositive
Aan het einde van de les
Kan je in eigen woorden omschrijven wat signaalwoorden zijn en wat ze doen.
Kan je signaalwoorden in een zin herkennen en aanwijzen.
Ken je de verschillende functies en categorieën van signaal woorden.
Slide 2 - Diapositive
Geef in het Nederlands 3 voorbeelden van signaalwoorden.
Slide 3 - Carte mentale
Signaalwoorden
Geven het verband (relatie tussen 2 delen in de tekst) van zinnen en alinea's in een tekst weer.
Geven belangrijke informatie over de opbouw van een tekst.
Samengevat: Een signaalwoord maakt de structuur in een tekst (de tekststructuur) duidelijk.
Slide 4 - Diapositive
Opsomming (order)
Bij een opsomming in een tekst worden er verschillende dingen, kenmerken of oorzaken achter elkaar genoemd.
Slide 5 - Diapositive
Voorbeeld zin met opsomming
First we went to the store, then we went to see my uncle and my aunt.
Slide 6 - Diapositive
_______ put the flower
_______ the salt in the bowl,
_______ add the milk.
_______, whisk in the egg.
_______, bake the pancakes in a frying pan.
and
First
Finally
then
After that
Slide 7 - Question de remorquage
Tegenstellingen (contradiction)
Bij signaalwoorden van tegenstelling wordt er iets gezegd en daarna wordt het tegenovergestelde van datgene gezegd.
Slide 8 - Diapositive
Voorbeeld zin met tegenstelling
Although she loves her dog, she hates giving him a bath.
Slide 9 - Diapositive
Welke zin heeft een tegenstelling?
A The plane was delayed because of the foggy weather. B My father was always cheerful despite his poor health.
A
alleen A
B
alleen B
C
A en B
D
geen van beide
Slide 10 - Quiz
Oorzaak/gevolg (cause & effect)
Bij signaalwoorden van oorzaak of gevolg wordt er een oorzaak gegeven en daarna wordt het vervolg verteld.
Oorzaak = reden dat iets gebeurde (waarom)
Gevolg = wat er gebeurt (waardoor)
Slide 11 - Diapositive
Voorbeeld zin met oorzaak en gevolg
Thanks to our fantastic goaly, we won the game.
We didnt have any class today, because the teacher was ill.
Slide 12 - Diapositive
Carl is allergic.
That's why he doesn't like dogs.
I need a pen
since I forgot mine.
I can't come to your party,
because I'm going to Spain.
oorzaak
oorzaak
oorzaak
gevolg
gevolg
gevolg
Slide 13 - Question de remorquage
Voorbeeld (example)
Bij signaalwoorden van een voorbeeld wordt er een toelichting of voorbeeld van een uitspraak gegeven om deze uitspraak duidelijker te maken.
Slide 14 - Diapositive
Voorbeeld zin met voorbeeld
My brother loves fast food, like burgers and fries.
Slide 15 - Diapositive
Welk signaalwoord geeft een voorbeeld?
Not all prices have increased so dramatically. Compare, for instance, the price of oil in 1980 and the price now.
A
compare
B
so
C
for instance
D
and
Slide 16 - Quiz
Conclusie (conclusion)
Bij signaalwoorden van conclusie staan er één of meerdere uitspraken in de tekst en daaruit wordt een conclusie getrokken. Een conclusie is een uiteindelijk besluit, oordeel of bevinding.
Slide 17 - Diapositive
Voorbeeld zin met conclusie
This shows, that music should be part of our educational system.
Slide 18 - Diapositive
There are clothes everywhere, you can hardly open the door. ________, your room is a mess.
It is late, _______ John must go to bed.
so
In short
All in all
because
and
Slide 19 - Question de remorquage
I like her ........... she is very kind.
A
If
B
Because
C
But
Slide 20 - Quiz
Oorzaak/gevolg
Tegenstelling
Voorbeeld
Opsomming
Conclusie
because
for example
although
in short
and
first
like
but
since
in conclusion
Slide 21 - Question de remorquage
They sell books ............ magazines
A
Furthermore
B
However
C
As well as
Slide 22 - Quiz
Welk woord kun je verwachten in de laatste alinea van een tekst?
A
for example
B
consequently
C
such as
D
in short
Slide 23 - Quiz
............ being a player on my team, he was also my friend
A
Besides
B
However
C
Because
Slide 24 - Quiz
Wat kun je verwachten als je ziet staan " on the other hand"?
A
een tegenstelling tot een eerder genoemd argument
B
een gevolg van een eerder voorbeeld in de tekst
C
een voorbeeld
D
een oorzaak van het probleem
Slide 25 - Quiz
Deze les was nuttig, ik weet wat signaalwoorden zijn en kan ze in een zin/tekst herkennen.