3.8 Technieken

Kunst beschouwen en analyseren
3.8 Technieken
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
KunstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Kunst beschouwen en analyseren
3.8 Technieken

Slide 1 - Diapositive

Huiswerk vorige les: 3 soorten verf en 3 soorten materiaal

Slide 2 - Diapositive

Technieken
  • Een techniek is de manier waarop je materiaal bewerkt. 
  • Self - Marc Quinn. Gietmal gemaakt van eigen hoofd, vervolgens 4,5 l eigen bloed in mal gegoten en laten bevriezen. 
  • Lijnen --> duidelijk te zien dat mal gebruikt is. 
  • Iedere 5 jaar nieuw zelfportet. 


Slide 3 - Diapositive

Tweedimensionaal & driedimensionaal
  • Tekentechnieken: manieren om met pen of potlood een voorstelling te maken, met lijnen, stippen, arceringen of krassen.
  • Schildertechnieken: Manieren om met verf voorstelling te maken op bv papier of doek. 
  • Druktechnieken: vlakdruk (steendruk), diepdruk (ets), hoogdruk (linoleumsnede, houtsnede) en doordruk (zeefdruk). 

Slide 4 - Diapositive

Tweedimensionaal & driedimensionaal
  • Graffiti: Hierbij gebruik je een spuitbus of airbrush om een afbeelding te maken.
  • Beeldhouwen: Vorm creëren door in een hard materiaal (hout/steen) te zagen, hakken, beitelen of gutsen.
  • Boetseren: Vorm creëren dooor zacht materiaal (klei, was of gips) toe te voegen.
  • Modelleren: Vorm creëren door zacht materiaal (klei, was of papier-maché) te kneden/indrukken/uitrekken. 

Slide 5 - Diapositive

Tweedimensionaal & driedimensionaal
  • Gieten: Een vorm creëren door een gietmal te vullen met bijvoorbeeld vloeibaar brons of gips. 
  • Assembleren: Meerdere vormen/voorwerpen van verschillende materialen aan elkaar bevestigen om een nieuwe vorm te maken.
  • 3D-printen: Met 3D-printer digitaal ontwerp omzetten naar tastbaar object.

Slide 6 - Diapositive

Textiel & audiovisueel
  • Textiele technieken: Dit zijn technieken om met textiel en garens vormen te creëren, zoals naaien, breien, haken, weven en knopen.
  • Fotograferen: Dit betekent letterlijk "schrijven met licht".
  • Filmen: Het vastleggen van beelden met behulp van een filmcamera.
  • Digitaliseren: Dit is een techniek waarbij je (bewegende) beelden en geluid vastlegt in digitale bestanden. 

Slide 7 - Diapositive

Vragen
  • De kunstenaar heeft een afgietsel van zijn eigen hoofd gemaakt. Beschrijf wat een afgietsel is.
  • Leg aan de hand van twee kenmerken van het werk uit hoe het beeld naar Marc Quinns eigen vergankelijkheid verwijst.  

Slide 8 - Diapositive

Vragen

Slide 9 - Diapositive

Vragen
  • De doeken zijn gemaakt door wol te vilten. Beschrijf wat wol vilten is.
  • Noem twee aspecten van de vormgeving die de doeken op dierenhuiden laten lijken.  

Slide 10 - Diapositive