Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Noem de 4 sferen van het systeem aarde
Slide 1 - Carte mentale
De 4 sferen van het systeem aarde
Atmosfeer
Hydrosfeer
Lithosfeer
Biosfeer
Slide 2 - Question de remorquage
In welke laag van de atmosfeer komt het weer voor?
A
Troposfeer
B
Stratosfeer
C
Mesosfeer
D
Exosfeer
Slide 3 - Quiz
Waar is het warmer?
A
Hoog in de atmosfeer
B
Laag in de atmosfeer
Slide 4 - Quiz
De atmosfeer wordt van ... opgewarmd.
A
Bovenaf
B
Onderaf
Slide 5 - Quiz
atmosfeerlaag die de ozonlaag bevat
door interactie van zonnewind met hogere atmosfeer
atmosfeerlaag met weersfenomenen en het leven
gas dat schadelijk UV tegenhoudt
het ISS bevindt zich in deze atmosfeerlaag
meest voorkomende gas in de troposfeer
Stratosfeer
Troposfeer
stikstof
ozon
thermosfeer
Poollicht
Slide 6 - Question de remorquage
De stralen van de zon bereiken na 150 miljoen km de atmosfeer. Dit zijn....
A
kortgolvige zonnestralen
B
langolvige zonnestralen
Slide 7 - Quiz
De zonnestralen leggen op hoge breedte een … weg af door de atmosfeer.
A
kortere
B
langere
Slide 8 - Quiz
Bekijk bron 1. Welke uitspraak over de straling van de zon is juist?
A
Alle straling van de zon wordt omgezet in warmte in de atmosfeer
B
Alleen straling die de aarde heeft bereikt kan de atmosfeer verwarmen
C
De atmosfeer wordt van bovenaf verwarmd.
Slide 9 - Quiz
Een bundel zonnestralen op lagere breedte legt een kortere weg door de atmosfeer dan een bundel zonnestralen op hogere breedte is dus krachtiger .
A
Waar
B
Niet waar
Slide 10 - Quiz
Als kortgolvige straling binnenkomt hoe kan het dat langgolvige straling weer wordt uitgestraald?
Slide 11 - Question ouverte
Stel: we bedekken de aarde met meer ijs. Welke component van de stralingsbalans verandert dan direct?
A
geabsorbeerde kortgolvige straling
B
gereflecteerde kortgolvige straling
C
latente hitte
D
uitgezonden langgolvige straling
Slide 12 - Quiz
Hoe zou de stralingsbalans van de aarde veranderen als er geen wolken zouden zijn?
A
De stralingsbalans wordt positief dus de temperatuur neemt toe
B
De stralingsbalans wordt negatief dus de temperatuur neemt af
C
Dit kun je niet halen uit de afbeelding
Slide 13 - Quiz
Slide 14 - Diapositive
Lees het artikel van de KNMI op de vorige slide. Een vulkaanuitbarsting heeft grote invloed op de stralingsbalans. Wat gebeurt er met de stralingsbalans wanneer er een vulkaan uitbarst?
A
De stralingsbalans wordt positief, omdat de aswolken zonlicht tegenhouden
B
De stralingsbalans wordt positief, omdat aswolken het broeikaseffect versterken
C
De stralingsbalans wordt negatief, omdat de aswolken zonlicht tegenhouden
D
De stralingsbalans wordt negatief, omdat aswolken het broeikaseffect versterken
Slide 15 - Quiz
Welke zin is juist?
A
De zon verwarmt de atmosfeer en de atmosfeer verwarmt de aarde
B
De zon verwarmt de aarde en de atmosfeer verwarmt de aarde
C
De zon verwarmt de aarde en de aarde verwarmt de atmosfeer
D
De aarde verwarmt de zon en de zon verwarmt de atmosfeer
Slide 16 - Quiz
Welke temperatuurfactor is dit?
A
breedteligging
B
hoogteligging
C
klimaatscheiding
D
gesteldheid aardoppervlak
Slide 17 - Quiz
Welke temperatuurfactor is dit?
A
breedteligging
B
hoogteligging
C
windrichting
D
gesteldheid aardoppervlak
Slide 18 - Quiz
Het percentage teruggekaatste zonnestralen noemen we...........
A
alberto
B
alfredo
C
absorbado
D
albedo
Slide 19 - Quiz
Wat zijn de transporteurs van warmte van lage naar hoge breedte?