Signaalwoorden

Boek op tafel
Over 3,5 minuut is iedereen aan het lezen.
Boek vergeten? Schrijf dan...
-> een brief naar je toekomstige zelf (op 30-jarige leeftijd).
timer
3:50
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Boek op tafel
Over 3,5 minuut is iedereen aan het lezen.
Boek vergeten? Schrijf dan...
-> een brief naar je toekomstige zelf (op 30-jarige leeftijd).
timer
3:50

Slide 1 - Diapositive

SIGNAAL

Slide 2 - Diapositive

Signaalwoorden
Wat kan je ermee?

  • Deze woorden geven de lezer een seintje. Let op
  • Het verhoogt de duidelijkheid van een tekst.

Slide 3 - Diapositive


Mees gaat elke week drie keer naar de sportschool. In het weekend zwemt ze een uur. Ze haat sporten.

De zin 'Ze haat sporten' komt onverwacht en is verwarrend.

Opdracht 1
- Herschrijf deze zin. 
- Zorg ervoor dat het duidelijk wordt, wat er wordt bedoeld.
Voorwaarden:
Je mag alleen signaalwoorden toevoegen 
Je mag eventueel zinsdelen verplaatsen in de zin.
timer
2:00

Slide 4 - Diapositive


Mees gaat elke week drie keer naar de sportschool. In het weekend zwemt ze een uur. Ze haat sporten.

  • Mees gaat elke week drie keer naar de sportschool. En in het weekend zwemt ze een uur. Toch haat ze sporten.
  • Mees gaat elke week drie keer naar de sportschool. In het weekend zwemt ze bovendien een uur. Maar ze haat sporten.
  • Hoewel ze sporten haat, gaat Mees toch elke week drie keer naar de sportschool. In het weekend zwemt ze ook nog een uur.
  • Mees gaat elke week drie keer naar de sportschool en in het weekend zwemt ze een uur. Terwijl ze sporten haat!
  • Mees gaat elke week drie keer naar de sportschool en in het weekend zwemt ze een uur. Terwijl ze sporten haat!

Slide 5 - Diapositive

Hoor het signaal
-> Ga naar SOM -> open lesplanning van vandaag -> bestand Herken het signaalwoord
-> Vul bij iedere opgave in hoe de onderdelen in de fragmenten samenhangen.
-> Schrijf ook kort de twee delen van het fragment op waartussen je het verband hoort (voorbeeld staat op het blad)




Slide 6 - Diapositive

Hoor het signaal
uit een interview: "Ik hou zo van die adrenalinekick. 
Voor mij moeten sporten wel behoorlijk extreem zijn, zoals kitesurfen en grotduiken."

  • zoals = voorbeeldgevend verband
  • uitspraak: 'sporten moeten ... extreem zijn'
  • voorbeeld: kitesurfen en grotduiken




Slide 7 - Diapositive

opdracht 2:
Luisteren
opdracht 2
Luister goed.
Vind de juiste woorden.
Geef aan hoe de onderdelen in de tekst samenhangen 
(welk verband zit ertussen) 

Slide 8 - Diapositive

vraag 1
fragment 1

Slide 9 - Diapositive

vraag 2
Fragment 2

Slide 10 - Diapositive

vraag 3
fragment 3

Slide 11 - Diapositive

vraag 4
fragment 4

Slide 12 - Diapositive

vraag 7
fragment 5

Slide 13 - Diapositive

fragment 6

Slide 14 - Diapositive

vraag 8
fragment 7

Slide 15 - Diapositive

vraag 9
fragment 8

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Slide 18 - Vidéo

fragment 11

Slide 19 - Diapositive

fragment 12

Slide 20 - Diapositive