Uitleg SE1, Instaptoets zinsontleding, uitleg pv, ond, wwg, ond

- Uitleg herhaling grammatica zinsontleding        

                                                                                                   

- Instaptoets - voorkennis testen                                           

- Uitleg pv, ond, wwg                                                                      


1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

- Uitleg herhaling grammatica zinsontleding        

                                                                                                   

- Instaptoets - voorkennis testen                                           

- Uitleg pv, ond, wwg                                                                      


Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen

- Je weet weer hoe de grammatica opgebouwt is

- Je bepaalt jouw voorkennis wat betreft zinsontleding.

- Je herhaalt de volgende zinsdelen:

- pv            -

- ond        

- wwg

Slide 2 - Diapositive

Wat moet je kennen en kunnen?

Zinsdelen:                                                               Samengestelde zinnen herkennen

- (pv)

- ond

- wwg

- lv

- mv

- bwb

------------

- bvb

A
B

Slide 3 - Diapositive

Noteer het zinsdeel en vertel wat je er nog van weet:
pv - ond - wwg - lv - mv - bwb

Slide 4 - Question ouverte

De fantastische zwemmer zwom de wedstrijd in het Olympisch stadion.
- Benoem 'de fantastische zwemmer'.

Slide 5 - Question ouverte

De fantastische zwemmer zwom de wedstrijd in het Olympisch stadion.
- Benoem 'in het Olympisch stadion'

Slide 6 - Question ouverte

In het koude noodgebouw hangen posters over godsdienst.
- Benoem 'posters over godsdienst'

Slide 7 - Question ouverte

In het koude noodgebouw hangen posters over godsdienst.
- Benoem 'in het koude noodgebouw'

Slide 8 - Question ouverte

Wie heeft die trap gemaakt?
- Benoem wwg

Slide 9 - Question ouverte

Wie heeft die trap gemaakt?
- Benoem het woordje 'wie'

Slide 10 - Question ouverte

Wanneer geef je dat heerlijke chocolaatje aan mevrouw Van Vianen
- Benoem het woordje 'wanneer'

Slide 11 - Question ouverte

Wanneer geef je dat heerlijke chocolaatje aan mevrouw Van Vianen
- Benoem het woordje 'aan mevrouw Van Vianen'

Slide 12 - Question ouverte

Op 5 december zal Sinterklaas de leerlingen van Calvijn begroeten.
- Benoem het wwg

Slide 13 - Question ouverte

Op 5 december zal Sinterklaas de leerlingen van Calvijn begroeten.
- Benoem het lv

Slide 14 - Question ouverte

Hoe vind je zinsdelen ook alweer?

Je kunt een zin husselen om de delen te herkennen:

Afgelopen weekend heb ik wel 10 doelpunten gescoord.

Ik heb afgelopen weekend wel 10 doelpunten gescoord.

Wel 10 doelpunten heb ik afgelopen weekend gescoord.


De delen die bij elkaar horen, blijven bij elkaar staan.

Slide 15 - Diapositive

Hoe vind je zinsdelen ook alweer?

Je kunt zinsdelen ook vinden door de volgende vragen te stellen: wie - wat - wanneer - hoe - waarmee - waarheen

De werkwoorden noemden we de 'handeling'.


Afgelopen weekend |heb |        ik wel 10 doelpunten gescoord.

       wanneer                handeling  wie         wat                    handeling


Slide 16 - Diapositive

Persoonsvorm (pv)

Voer de tijd- of getalproef uit (geen vraagzin)!

Tijdproef = zin in een andere tijd zetten

Getalproef = het onderwerp van mv - enkv  of enkv - mv


Yvette heeft onwijze honger.

Yvette had onwijze honger.

Yvette en Jolijn hebben onwijze honger.


FOUT! Waarom heb jij die toets niet gemaakt?


Slide 17 - Diapositive

Werkwoordelijk gezegde (wwg)

- Alle werkwoorden in de zin + te + aan het

- Let op de scheidbaar samengestelde werkwoorden (splitswerkwoorden)


Dat heeft wat zoden aan de dijk gezet!

David, vergroot jij deze tekening eens uit.

Slide 18 - Diapositive

Onderwerp (ond)

- WIE of WAT + werkwoordelijk gezegde?

- Mag nooit met een voorzetsel beginnen


De tuin werd door de hovenier gemaaid.

Over zes dagen knipt de kapper mijn haar.

Slide 19 - Diapositive

Huiswerk

- Leer de theorie van de behandelde onderwerpen

Slide 20 - Diapositive